De (on)zichtbare blik– een reflectie op Maruf’s bijeenkomst ‘Feminisme in de Islam’
Gastauteurs: Nora Ledrhem & Fouzia Outmany
In een uitverkochte zaal in de Rode Hoed op 15 april, mochten vier moslimvrouwen zich het hoofd breken over allerlei vragen met betrekking tot het feminisme, islam en moslims. De bijeenkomst is de laatste in een reeks van drie onder de titel ‘coming in, coming out’ georganiseerd door Maruf, een internationaal platform voor queer moslims. De gespreksleidster Sylvana Simons laat bij de opening de aanwezigen weten dat de bijeenkomsten tracht om “mensen die het betreft zelf een stem te geven”.
In een korte introductie lichtte Maruf bestuurslid Dino Suhonic toe wat het doel is achter de bijeenkomst; “proberen om verschillende onderwerpen aan te snijden zonder te vervallen in de dominante frames van de onderdrukte homo’s en vrouwen binnen de gemeenschap en wij gaan kijken hoe ze gered kunnen worden op zo’n mainstream podium als de Rode Hoed. Wat wij anders willen doen is praten met moslima’ s die zich wel of niet moeten verantwoorden ten opzichte van bepaalde standaarden die in deze maatschappij gecreëerd zijn, voldoe je daaraan? Als je daar niet aan voldoet? Waarom niet? Als je een ander verhaal neerzet wil je dat natuurlijk kunnen vertellen zonder dat iemand zegt ‘maar wat doen we met vrouwen uit Iran?’[…] Maar ik vind het altijd bijzonder dat als het gaat over de hoofddoek het altijd gaat over de goede hoofddoek en de slechte hoofddoek. Het hebben over de hoofddoek als iets dat a priori slecht en niet bevrijdend is etc.. maar wij willen mensen ruimte geven die niet zo vaak op zo’n podium staan, mensen die een alternatief verhaal neerzetten, mensen die andere inzichten hebben en vanuit verschillende perspectieven meepraten.”
Nora Ledrhem en Fouzia Outmany waren aanwezig bij de bijeenkomst en doen in dit stuk niet zozeer een gedetailleerd verslag van de discussie als wel een poging tot het deconstrueren van de dynamiek tussen het overwegend witte publiek en de vier moslimvrouwen op het podium. Hiermee toetsen ze in hoeverre de bijeenkomst geslaagd is zoals Dino beoogde in het veranderen van de dominante frames of ‘gazes’ waarbinnen gesprekken over islam, moslims en vrouwen plaatsvinden. Deze frames en ‘gazes’vertolken al te vaak stereotyperende beelden en bepalen de richting van de gesprekken over islam en moslims.
Op het podium staat Rosalinda Wijks, publiciste en een rechtenstudente die zich expliciet feminist noemt. Rosalinda geeft een keynote over de verschillende feministische stromingen onder moslimvrouwen. Kort na haar lezing worden de overige drie moslimvrouwen op het podium uitgenodigd, deze vrouwen hebben elk op hun manier hun sporen verdiend in het maatschappelijk debat, politiek en activisme en de strijd om gelijke kansen en rechten voor (moslim)vrouwen.
Sylvana Simons vraagt de vier dames over de opdracht tot het feminisme. Waarom is dat nodig? En wie geeft dat?
Voor Arzu Aslan, die zich naast haar werk alslerares al jaren inzet voor de Koerdische zaak en zich identificeert als islamitische feminist, is feminisme nodig zolang er patriarchale systemen bestaan. Jamila Faloun, jeugdverpleegkundige en politica binnen Nida Den haag, beroept zich op een Hadith Qudsi – een heilige hadith waarin de woorden van God vervat zijn- waarin God zegt het onrecht voor zichzelf te hebben verboden en dus ook voor mensen. En zolang er sprake is van onrecht en externen die je jouw verhaal ontnemen is die strijd nodig, benadrukt Jamila.
Berna Toprak, medewerker Women.inc en initiatiefnemer S.P.E.A.K. collectief, refereert aan haar persoonlijke ervaringen binnen de eigen kleine gemeenschap en de effecten van 9/11 waarbij zij als zestienjarige gedwongen werd zich voor allerlei misstanden in de maatschappij te verantwoorden.
Daarna volgt een gemoedelijke discussie over allerlei thema’s op het snijvlak van feminisme en de islam. Bijvoorbeeld over de positie van de vrouw in de moskee en hoe deze vrouwen invulling proberen te geven aan hun meervoud van positionaliteiten en het hoofd bieden aan allerlei uitdagingen zoals islamofobie etc. Ondertussen stond het publiek te popelen om deze spreeksters vragen te stellen.
Vanuit het publiek werd de toon al snel gezet door de type vragen die aan bod kwamen. ‘Nemen jullie mannen mee in jullie emancipatie?’, ‘als islamitisch feminisme al eeuwen bestaat (zoals een spreekster aangaf) waarom is het jullie niet gelukt moslimmannen te laten luisteren naar hun vrouwen zoals dat Nederlandse vrouwen wel gelukt is?”, “waarom zijn het nog altijd vrouwen die de thee langsbrengen als er bezoek is?”, “ik was in Amsterdam en werd uitgemaakt voor een hoer door een Marokkaanse jongen op een scooter, dat zou hij niet tegen jullie roepen?”, “wat doen jullie om uit jullie bubbel te komen en andere sympathisanten te bereiken met jullie verhalen?”
En misschien wel de kers op de taart en meteen exemplarisch voor de dominante ‘gaze frame’ waar Dino het over had was de vraag “kennen jullie de hadith van de profeet waarin hij stelt dat vrouwen de meerderheid vormen van de bewoners van de hel?”. Waarop Jamila Faloun deze vraagsteller een wedervraag stelde wat de intentie is van deze vraag. Geïrriteerd en stamelend antwoordde de witte man op leeftijd dat als ze geen antwoord wil geven hij maar de zaal gaat verlaten. Uiteindelijk gaf hij toe de vraag te hebben gesteld om te laten zien dat de profeet helemaal niet zo vrouwvriendelijk is. Wat zou hij daarmee impliceren vroegen wij ons af? Dat de spreeksters liegen bijvoorbeeld? Dat feminisme of vrouwenrechten en islam onverenigbaar zijn met elkaar en dat de spreeksters aan onwetendheid en vals bewustzijn lijden?
Wat betekent het dat je vier moslimvrouwen met jarenlange ervaring in politiek en een rijke bagage aan inzet voor de rechten van gemarginaliseerden, met vragen bombardeert die voor hen niet relevant zijn? Wat betekent het dat ze ter verantwoording worden geroepen over zaken waar vooral de dominante vraagstellers last van hebben?
Is het echt mogelijk om de witte dominante blik uit te dagen door moslimvrouwen zelf aan het woord te laten? Deze avond leert ons dat, ondanks dat deze moslimvrouwen het podium krijgen het gesprek alsnog geleid wordt door de vragen die ze uit een overwegend wit publiek krijgen. En deze gaan nog steeds over de hoofddoek die gered dient te worden. En de achterlijke moslimman die het ontbreekt aan beschaving en respect voor andersdenkenden. Hoe opgeleid, mondig en ervaren de spreeksters ook zijn, gingen zij voor een deel mee in het clichébeeld van de onderdrukte moslima. Zij zaten dan wel op het podium, maar door de vragen uit de zaal werden zij in de verantwoordingshoek gedrukt en voornamelijk bezig met uitleg te geven over de niet geëmancipeerde moslimman, de hoer-roepende Marokkaanse jongen en wie er thuis thee zet. En daarmee bestaat het risico dat ze zelf onbewust bijdragen aan het reduceren van hun moslimidentiteit tot het stereotype beeld.
Uiteindelijk was er maar een ‘gaze’ aanwezig en dat was de dominante witte geprivilegieerde blik die last heeft van alles dat van zijn eigen norm afwijkt. Misschien onzichtbaar maar het werkt wel door in hoe deze gesprekken ingekaderd worden, of welke wending ze op het podium krijgen. Een onzichtbare maar veel bepalende blik.
Ook werd het ons duidelijk hoe ongemakkelijk het is voor deze dominante ‘gaze’ om bevraagd te worden. Gauw word je ervan beschuldigd de discussie te blokkeren en niet charmant genoeg te zijn, zoals Jamila Faloun in de pauze door een witte oudere vrouw duidelijk werd gemaakt over het feit dat ze de vraagsteller over de hel- hadith een wedervraag stelde. Er wordt altijd van je verwacht dat je met een brede glimlach tekst en uitleg geeft over vragen waar zij mee zitten.
Wij verlieten de Rode Hoed met gemengde gevoelens. Hoe kun je een plek eisen bij dit soort gevestigde podia, waar deze bijeenkomsten nog te weinig plaatsvinden, zonder constant in cliché gesprekken te vervallen. Zonder je te moeten verantwoorden voor een wit publiek? Boycotten? Of dit soort gesprekken juist beschouwen als een oefenwedstrijd waarbij je stap voor stap de regie neemt over het gesprek. En op den duur zelf bepalen welke grieven en thema’s prioriteit dienen te krijgen?
Nora Ledrhem & Fouzia Outmany
Mijn hart brand nu ik dit lees, wat had ik daar graag bij willen zijn! Ik wist wel dat dit zou gebeuren. Ik hoopte daarom samen met mijn studiegenotes bachelor Islamitische Theologie (theologie = de bevoegdheid tot religieus gezag!) erbij te kunnen zijn, om als traditineel opgeleide moslimvróuwen de verdediging vanuit het publiek te kunnen doen wanneer dat nodig zou zijn.
Als er nog een vervolg komt, zal ik dit x alles op alles doen om er wel te zijn. Men moet weten dat die stereotypering van ze nu toch echt de prullenbak in mag en niks te ‘verklaar eens waarom zus en zo’. Ho maar meneer de superieure whiteman – verklaar jij eerst eens waarom vrouwen op zoveel vlakken binnen de westerse maatschappij nog steeds niet gelijk behandeld worden als mannen?! Daar hecht je toch zo een waarde aan, of leeft de mening dat de vrouw zielloos is nog steeds in uw mind [zoals deze mening tot 100 geleden nog heersde in Europa]!?
Pff. Irritaties hoor.!