Een moslimproduct laat zien waar je voor staat
Een moslimproduct laat zien waar je voor staat | Trouw Idealen, Startpunt voor idealen
Een moslimproduct laat zien waar je voor staat
Rob Pietersen
Hoofd- en halsdoeken, maar ook polsbandjes met statements als ’Bescherm mij Allah …’.
Er is een nieuwe markt, voor moslimproducten als statement.
Een hoofddoek of mok die trots uitstraalt op je geloof. „Zo kun je je verweren tegen negatieve publiciteit.”
Webwinkels prijzen islamitische mode niet alleen aan als een uitdrukking van gehoorzaamheid aan Allah, maar ook als een statement: „Een symbool om te laten zien dat je trots bent op je islamitische identiteit.”
Dat zag Annelies Moors, hoogleraar aan het ISIM, instituut voor islamstudies in de moderne wereld, in haar onderzoek naar modieuze moslimkleding. Het instituut organiseert vanavond, in samenwerking met Kosmopolis Rotterdam en De Nieuwe Horizon, het debat: ’Moslims, van alle markten thuis’. Cultureel antropologe Vanessa Vroon-Najem, die het debat inhoudelijk voor het ISIM voorbereidde, kwam ook allerlei andere statementproducten tegen, zoals polsbandjes, T-shirts en tassen met teksten als ’proud to be muslim’ en ’I love Allah’.
„De islam komt vaak negatief in de publiciteit. Deze producten lijken een manier om je te verweren door je te manifesteren”, zegt Vroon. „Het heeft ook te maken met het nieuwe zelfbewustzijn van een groep hoger opgeleide moslimjongeren”, vult Moors aan. „In landen als de VS en Engeland is er al een langere traditie op dat gebied.”
De gadgets sluiten aan bij de jongerencultuur. Polsbandjes zijn hip, en als één ervan naar Allah verwijst, kun je en passant je moslimidentiteit benadrukken.
Het zijn ’geïslamiseerde consumptiegoederen’ die volgens Vroon uitdrukking geven aan een bepaalde lifestyle, net als Fulla, de islamitische barbiepop met hoofddoek die nu ook in Nederland te koop is. Daarnaast zijn er producten die echt bij de identiteit van moslims horen, zoals islamitische kleding, halalvoeding, bidkleedjes en Korans.
Vroon kwam ook de eerste versie van ’De Moslimagenda’ tegen. „Er staan bidtijden voor de Ramadan in en de Islamitische feestdagen volgens de Saoedische, Marokkaanse én Turkse telling. Er is ook aandacht voor het culturele erfgoed, voor kunst en hippe producten, geschikt voor een breed moslimpubliek en nieuwsgierige niet-moslims.”
Vroon ziet Turkse bakkers met rood-wit-blauwe vlaggetjes in de etalage om autochtonen te trekken, en in wijken met veel moslims worden Vietnamese loempia’s en zelfs vegetarische noedels juist opvallend als ’halal’ aangeprezen. Iedereen is op zoek naar een grotere afzetmarkt. „Maar je ziet niet zoveel autochtone ondernemers die reclame maken om moslimklanten voor hun producten te interesseren. De moslimmarkt wordt vaak afgeschilderd als big business, maar door alle negatieve berichtgeving zijn ze bang andere kopers kwijt te raken als ze zich heel uitdrukkelijk met moslims identificeren.” Moors kwam ook winkels tegen die populair zijn bij jonge moslima’s, maar aarzelen om vrouwen die een hoofddoek dragen aan te nemen als verkoopster.
Er zijn tekenen dat islam- en halalproducten steeds meer ingeburgerd raken op de Nederland markt, constateert Vroon. „Er is inmiddels een ruime keuze aan typisch Nederlandse producten zoals de halalrookworst en de halalkroket. En de 100 procent halalfrikadel is net genomineerd voor de Horecava Innovation Award 2009. ”