NRC Handelsblad – Voor mij geen islam-lessen
Nog een opiniestuk in NRC: Voor mij geen islam-lessen van Wesley van de Berg. Drs. Wesley van de Berg is socioloog en voorstander van een loyaliteitsverklaring ter verkrijging van het Nederland erschap.
Hij reageert op eerdere artikelen van Coskun en Bejja in NRC, maar het verhoudt zich ook aardig tot een eerder geplaatst artikel hier van Woltering.
Vergelijk voor de aardigheid ook een al ouder stuk van Ewald Vervaet (en mijn reacties en emailuitwisselingen daarop)
In zijn artikel ‘Hoe verdedig ik de islam? Les 1’ schrijft Deniz Coskun (Opiniepagina, 8 december) het ene, en in zijn artikel ‘Waarom deze moslim les 1 verwerpt’ (Opiniepagina, 9 december) schrijft Jamal Bejja weer het andere, het tegenovergestelde.
Het is typerend voor wat het `islamdebat ´ heet. De media worden zelfs met koranverzen bestookt, en niet-moslims doen lustig mee om hun islamvriendelijke of islamvijandige gelijk te halen – wat ze dus nooit krijgen: dé islam bestaat niet, is de slogan.
Het enige dat telt, is het antwoord op de vraag: kan de moslimgemeenschap in Nederland – en West-Europa op termijn de democratische rechtsstaat dragen?”
Immers, de moslimgemeenschap gaat een sterke machtsfactor vormen.
Nu is één op de twintig Nederlanders moslim, maar van de borelingen is één op de tien moslim: het aantal moslims neemt dus gestaag toe.
Eigenlijk is het beter te spreken van `soennieten en sjiieten´; men schere moslims niet over één kam.Veruit de meeste Turken en Marokkanen zijn in naam soenniet.
Voor het antwoord is het onzinnig moslims individueel te raadplegen; naast het fenomeen van het sociaal gewenste antwoord ligt wensdenken op de loer. Je kunt de geschiedenis induiken, en dan is het antwoord een ondubbelzinnig en hard nee.
Ten eerste, moslims vormden telkens een bestaande orde waarin schriftgeleerden met hun koranuitleg een dominante wetbepalende rol spelen.
Ten tweede, moslims hebben door de schriftgeleerden te volgen de wetenschappelijke ontwikkeling – een ontwikkeling die welvaart, welzijn en de democratische rechtsstaat in het westen bevorderde – na een korte bloeiperiode doen stagneren.
En ten derde, tot op heden ontwikkelden moslims geen democratische rechtsstaat: ze accepteren schriftgeleerden die ondemocratische machthebbers legitimeren.
Een constante in deze drie punten is de rol van de schriftgeleerden, en die vragen altijd ‘Wilt u zich laten leiden door de wetten van God of door die van mensen?’
Zij roepen moslims op hen te volgen, en moslims – nogmaals als gemeenschap – geven daar gehoor aan: een wederzijdse legitimatie.
Je kunt ook luisteren naar liberale geluiden. Maar dan is het antwoord nog niet even ondubbelzinnig en even hard ja. In weerwil van allerlei liberale geluiden van individuele moslims hebben ze nog steeds geen school kunnen maken – vraag maar eens of er een liberale schriftgeleerde, liberale imam, liberale moskee en liberale koranschool bestaan. Natuurlijk kunnen de media veel meer aandacht besteden aan die geluiden.
De schriftgeleerden verbieden al eeuwenlang de vrije koraninterpretatie.
Veel korankenners hebben er ernstig onder geleden, recent nog: Mohammed Taha (en volgelingen) vermoord, Nasr Abu Zaid gevlucht, Fazlur Rahman gevlucht.
De dominante soennitische kerk heeft nog geen Luther gehad. Hoe moet ooit een liberale islam van de grond komen? Of zijn het de ahmadyyia’s, of de alevieten?
Socioloog Dick Pels (Trouw , 26 november) pleit voor de vrije interpretatie.
Dat is makkelijk gezegd, maar vooralsnog onbetamelijk onrealistisch voor moslims als gemeenschap. De meeste moslims zeggen niet-praktiserend of gematigd te zijn, maar dat betekent nog niet dat ze de wetsbepalingen in de koran en de schriftgeleerden afva llen.
De vraag is aan wie of wat zij loyaal zijn als de schriftgeleerden via de imams tot actie oproepen – denk aan Iran, de kwestie-Rushdie en de theateropvoering Aisja – en als de minder gematigden druk uitoefenen. Daarbij komt dat zij zich, zoals eenieder, emotioneel gebonden voelen aan traditie, cultuur, familie en vrienden.
De politiek moet integratie van moslims bevorderen door beter minderhedenbeleid, is de oproep.
Zeker. Maar wat betekent integratie zonder loyaliteit aan de democratische rechtsstaat, met aangepast gedrag uit een plichtmatig ‘respect’ voor de (grond)wet van het verblijfsland?
Een individuele moslim moet allereerst geplaatst worden voor een principiële keus vóór de democratische rechtsstaat. De democratische rechtsstaat staat namelijk op het spel, en de interpretatievrijheid van aan de rechtsstaat loyale moslims ook.
·www.nrc.nl/opinie Deniz Coskun: ‘Hoe verdedig ik de islam? Les 1’ Jamal Bejja: ‘Waarom deze moslim les 1 verwerpt’