Gegoochel met cijfers
Het is altijd interessant om te zien hoe mensen met bepaalde cijfers aan de haal gaan. Even vergetend dat cijfers op zich helemaal niks zeggen als je de sociale en de onderzoekscontext niet kent. Ik heb er al eerder over geschreven.
Natuurlijk waren er deze week ook onvermijdelijke statistieken op basis van onderzoek onder moslims over afvalligheid, in opdracht van Nova. En ja hoor maar liefst 6% van de moslims vindt dat zij (als individu) geweld mogen gebruiken tegen afvalligen. Een duidelijk cijfer toch?
Nou nee niet echt.
Wat Nova gemakshalve niet vermeld (je wilt immers niet al het nieuws kapotchecken) is dat de definitie van afvalligheid namelijk helemaal niet duidelijk is voor moslims:
Ook over de begrippen afvallige en afvalligheid hebben moslims geen eenduidig beeld. Geen enkele van de vier gepresenteerde stellingen wordt door meer dan 50% van de moslims genoemd als de omschrijving voor een afvallige of voor afvalligheid. Het vaakst noemen zij ‘iemand die niet meer in Allah gelooft’ (36%) en ‘iemand die openlijk zegt geen moslim meer te zijn’ (32%), het minst iemand die de islam beledigt’ (7%). Een op de tien moslims weet niet wat een afvallige is.
De definities die gegeven worden, worden dus door niet meer dan 50% ondersteund en 10% heeft zelfs geen idee wat een afvallige nu is. Niet zo verwonderlijk aangezien ook niet duidelijk is wat ‘praktiserend moslim’ dan is:
Geconcludeerd kan worden dat voor het begrip ‘praktiserend moslim’ onder de moslims zelf geen eenduidige definitie bestaat. Dit is vast te stellen uit het feit dat de groep die bidt en/of vast groter is dan de groep die zichzelf als praktiserend moslim omschrijft in combinatie met het gegeven dat een deel van de moslims dat zichzelf niet als praktiserend omschrijft tóch aan bepaalde vormen van het moslimgeloof uiting geven.
Dat maakt de overige antwoorden (wat doet men ten opzichte van afvalligen) een beetje vreemd. De vraag is of het bij die criteria van afvalligheid niet eerder gaat om niet-praktiserende moslims (wat dat dan ook moge zijn) en dat afvalligheid dus nog wat anders is. Een open vraag daarover had meer duidelijk kunnen brengen. Maar eigenlijk weten we dus helemaal niet waar mensen antwoord op gegeven hebben. Interessant is ook dat de deelname ervan gebaseerd is op zelfidentificatie. In dit geval kan dat wel, maar je ik had het ook wel interessant gevonden om het aantal Marokkanen, Turken enz. dat zich niet als moslim identificeert te weten.
Gelukkig weerhoudt dat de schrijver van De zwijger spreekt er niet van om scherpe conclusies te trekken waarbij bijvoorbeeld verwezen wordt naar eerdere onderzoeken waarin onder meer de vraag wordt gesteld hoe moslims in de VS, Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland en Spanje denken over zelfmoordaanslagen op burgerdoelen. Dat zou ook 6% opleveren, maar onduidelijk is wat de relatie met Nederland. Op zich zorgwekkende cijfers (zeker als je ze omrekent in absolute aantallen) maar wat ze nu betekenen…geen idee? Gaat men de straat op om te juichen als iemand zo’n aanslag gedaan heeft? Wil men ze zelf wel plegen? Percentages omzetten in absolute aantallen doet het altijd goed; het lijkt dan lekker groot: 6% wordt dan 60.000. Als je uitgaat van 1 miljoen moslims tenminste. Maar dat is een schatting. Die kan hoger uitvallen omdat het aantal autochtone moslims niet te schatten is. Die kan lager uitvallen omdat het cijfer wordt vastgesteld door het percentage moslims in het land van herkomst als uitgangspunt voor de migranten te nemen (bijvoorbeeld 70% moslims inTurkije, dan ook 70% van de Turkse migranten als moslim), maar dat is helemaal geen zekerheid. Turkije kent bijvoorbeeld ook veel christenen die gevlucht zijn, uit Iran vluchten veel linkse seculiere moslims enzovoorts. Plus nog dat dat cijfer niets zegt over de mate van praktisering. Het is verleidelijk om die 20-30.000 salafisten tot die 60.000 te rekenen, maar ook dat klopt niet omdat één van de belangrijkste stromingen daarbinnen terrorisme juist zeer sterk afkeurt.
Vooruit nog een staaltje statistisch goochelwerk. In de steunverklaring voor ex-moslims staat:
Veel Nederlandse moslims vinden het geen groot probleem als iemand die in een islamitisch milieu werd geboren later kiest voor een andere religie of levensbeschouwing dan de islam. Maar veel andere Nederlandse moslims hebben daar wel grote moeite mee. En een kleine kern is, conform de sharia, bereid geweld te gebruiken tegen openlijke islamverlaters. Uit enquêtes (ondermeer van Foquz Etnomarketing in 2004) is gebleken dat bijna dertig procent van de Nederlandse moslims voorstander is van introductie van de sharia in Nederland.
Het gaat even om dat laatste onderzoek. Wat bedoelen de schrijvers met introductie van de sharia in Nederland? Dat moslims vinden dat hier volgens de sharia geregeerd moet worden? Tenminste dat is het antwoord dat ik van enkele moslims en niet-moslims heb gehad toen ik het resultaat van dat onderzoek zoals dat door Selim werd gepresenteerd destijds aan hen voorlegde. In een reactie op Selim wees ik er toen al op dat die weergave niet klopt. Het gaat om een antwoord op de vraag of moslims vinden dat een moslimpartij zich zou moeten baseren op de sharia. Dat is toch echt niet hetzelfde als de sharia invoeren in Nederland.
Op basis van wat hiervoor gezegd is, is de volgende stelling uit de verklaring ook vreemd:
Ook de zeer geringe aantallen openlijke islamverlaters doen vermoeden hoe groot het probleem (van afvalligheid in relatie tot het doodstraf, mdk) is. In een gezonde, open samenleving is migratie tussen religies en levensbeschouwingen, het humanisme, atheïsme en agnosticisme daarbij ingrepen, normaal. Maar migratie uit de islam naar andere religies is wereldwijd en in Nederland een te verwaarlozen fenomeen.
Nu ken ik enkele mensen die dat zouden beschouwen als een ‘zie-je-wel-dat-de-islam-de-ware-religie-is’, maar dat even terzijde. Als we niet precies weten hoeveel moslims er zijn en hoeveel ervan praktiseren, als moslims het niet eens zijn wat een ‘praktiserend moslim’ is en wat een ‘afvallige’ is hoe kunnen we dan stellen dat er een gering aantal afvalligen is? Let wel, het zou best kunnen dat ze gelijk hebben, maar ze kunnen dat met geen mogelijkheid zeker weten.
En zo gaat het debat lekker door, denken dat we weten waarover we praten, maar eigenlijk rennen we als kippen zonder koppen achter de waan van de dag aan.