De profilering van ‘moslim-achtigen’ in de media: Van Klaveren, blonde vrouwen en terrorisme
Mooi, het derde deel van het onderzoek naar beeldvorming over moslims in de media in Nederland is uit: Ewout Butter schreef een bespreking van de wetenschappelijke literatuur op dit terrein. Dat laat aardig de stereotyperende beelden zien maar wat open blijft voor discussie is de relatie tussen het beeld in de media en de (nagenoeg gelijke) stereotyperingen die we zien onder het brede publiek: hoe loopt de relatie precies, wat is de impact van de media en hoe duurzaam is die?
Na de vorige publicatie waarin werd gekeken hoe moslims en terrorisme in de krant werden gebracht, dacht journalist Frederike Geerdink dat het een goed plan was om de redacteuren van de belangrijkste kranten zelf maar eens aan het woord te laten. En dat is natuurlijk ook zo, ware het niet dat de redacties van alle grote Nederlandse kranten op dit terrein echt al jarenlang laten zien dat ze beschikken over schrijnend onvermogen tot kritische zelfreflectie en een gebrek aan journalistieke professionaliteit. En dat was ook nu weer het geval. In reactie op het onderzoek van Tayfun Balcik reageert De Volkskrant als volgt:
Volkskrant editor-in-chief Philippe Remarque dismissed Balcik’s work as “of not much value”. He told Index on Censorship: “It is logical that the words ‘Muslim’ and ‘terror’ are often combined in our reporting because these events are in the news. It doesn’t say anything about our attitude towards Muslims. Had Balcik tallied the words ‘sexual abuse’ and ‘Catholic church’ in the last couple of years, he would sure have found a correlation as well. Would he conclude that we report negatively and one-sidedly about Catholics?”
Remarque also criticised Balcik’s assertion about the paper’s coverage of Muslim women: “We try to offer a diversity of perspectives. We have a series of interviews in which Dutch people from different backgrounds talk about their experiences with discrimination. We also have a Muslim columnist, Ibtihal Jadib, who recently wrote about how she wants to convey her religion to her children. Apparently, Balcik judges her columns as negative about Muslims. I find that narrow-minded.”
Confronted with Remarque’s criticism, Balcik said: “Interesting comment from a newsmaker. As if there is no editorial line in which news is prioritised and what is called ‘terrorism’ and what isn’t. ‘News’ isn’t objective but is always a selective representation of events.” He continued: “When I would analyse the reporting about Christians or Catholics, I would tally all reporting about that group, including about Christian political parties, Christmas, Easter, churches, etcetera. Would ‘sexual abuse’ then top the topics list?”
De Telegraaf wilde niet reageren en het AD vond het maar vooringenomen, zie ook het stuk van Geerdink op Frontaal Naakt. Eigenlijk is de reactie van De Volkskrant hetzelfde als de Telegraaf en het AD, het kost ze alleen iets meer woorden waardoor ze redelijker overkomen. En, natuurlijk, De Volkskrant heeft zelfs een moslim columnist die het over religie heeft. Want God verhoedde dat we een moslim eens over iets anders laten praten dan religie.
De moslim-achtige
De reactie van De Volkskrant is niet nieuw, sterker nog ik zou durven suggereren dat deze exemplarisch is voor alle redacties van de grote kranten. Maar laten we eens specifiek ingaan op De Volkskrant, met een casus van een paar jaar terug.
In augustus 2016 plaatste De Volkskrant bovenstaande voorpagina (gezicht is onherkenbaar gemaakt) met de kop ‘Is Schiphol nog wel veilig?’ en de tekst: ‘Is Schiphol nog veilig? Na de marechaussee wordt nu het leger ingezet voor de extra bewaking van Schiphol. Wat staat de reiziger nog meer te wachten- en helpt het?’ En: ‘Marechaussees en militairen voeren maandag controles uit op de toegangsweg naar luchthaven Schiphol.’
De man op de foto was ‘not amused’ om zo, zonder ook maar enige terughoudendheid, in verband te worden gebracht met terrorisme en hij verweet de krant te hebben willen ‘inspelen op de associatie van moslims met geweld’.
In een reactie daar weer op stelde de hoofdredactie van De Volkskrant dat zij ‘de stigmatisering die hij erin ziet geenszins hebben beoogd. Wij hebben de werkelijkheid willen weergeven zoals onze fotograaf, [X] , die aantrof op Schiphol. Dit is wat er nu gebeurt.’ En, in datzelfde commentaar stelt de hoofdredactie een zeer goede reden te hebben om deze man er specifiek uit te kiezen: ‘Daarin laten we de verscherpte controles op Schiphol zien om een groot verhaal binnenin aan te kondigen. Te zien is een controle door de Marechaussee van een auto. De bestuurder heeft een moslim-achtig uiterlijk.’
En: ‘In de drie auto’s waarvan hij de controle goed kon fotograferen, zaten bestuurders met een moslim-achtig uiterlijk. Wij waren ons op de redactie bewust van de gevoeligheid daarvan en hebben er over gediscussieerd. Maar de krant heeft de taak de werkelijkheid te laten zien. Had de fotograaf net zo lang moeten zoeken tot hij een controle vast kon leggen van zeg, een blonde vrouw, omdat ons die werkelijkheid niet aanstaat? Dat zou pas manipulatie zijn geweest. De boodschap over deze controles mag onaangenaam zijn, dat betekent nog niet dat de boodschapper, in dit geval de krant, iets fout doet.’ De Volkskrant beweert in de rechtszaak naar aanleiding hiervan ook dat het aan de klager zelf te verwijten is dat zijn privacy geschonden is: hij is immers degene die de publiciteit heeft gezocht.
Blonde vrouwen
Er zit iets paradoxaals in de reactie van De Volkskrant: enerzijds geeft men de werkelijkheid weer (alsof die volledig kenbaar en eenduidig is) en anderzijds is men op zoek naar een geconstrueerd beeld: dat van de moslim. En een blonde vrouw kan dat blijkbaar niet zijn. Ik gebruik dit voorbeeld vaak tijdens lezingen en (gast-)colleges om het proces van racialisering en het fenomeen van anti-moslim racisme in de media uit te leggen. Het proces van racialisering gaat ervan uit dat ‘rassen’ in de wetenschappelijke zin niet bestaan, maar dat we de wereld wel indelen in soorten mensen. Dit doen we door middel van vier stappen:
1) Een groep die divers is in opleidingsniveau, in etnische herkomst en in politieke en religieuze overtuiging krijgt één label opgeplakt.
2) Vervolgens wordt het gedrag van de mensen in deze groep verklaard op basis van een doembeeld van de islam, die per definitie intolerant, agressief en onverenigbaar met het ideaalbeeld van het liberale en/of joods-christelijke Westen zou zijn.
3) Daar wordt dan een negatief waardeoordeel aangehangen: achterlijk, geitenneukers, niet horend bij ‘ons’.
4) Tot slot wordt voorgeschreven hoe er met deze groep moet worden omgegaan: aanpassen, uitzetten, de-islamiseren.
Wanneer dit maar genoeg wordt herhaald, leidt het tot een a priori negatieve invulling van het label dat wordt opgeplakt: de term moslim verwordt dan tot een soort stigma.
In het Volkskrant artikel zien we stap 1 (de homogenisering en generalisering) gebeurt op basis van uiterlijk. Er zou een uiterlijk bestaan dat moslim-achtig is. We weten niet precies hoe dat eruit ziet (want moslims zijn qua uiterlijk nogal divers), maar volgens De Volkskrant is het in ieder geval geen blonde vrouw en heeft een moslim iets met terrorisme te maken. Opvallend is niet alleen deze verwijzing naar ‘moslim-achtig’ uiterlijk door De Volkskrant maar ook dat de hoofdredactie dit doet als legitimering voor het raciaal profileren van mensen die zij voor moslim aan zien. Met andere woorden, de hoofdredactie lijkt dit niet alleen een goed idee te vinden maar zelfs zo’n normaal goed idee dat ze daarmee hun keuze kunnen rechtvaardigen. Want men voelde wel aan dat het niet helemaal snor zat: ‘Wij waren ons op de redactie bewust van de gevoeligheid daarvan en hebben er over gediscussieerd.’ Het is niet zo gek natuurlijk dat dit gevoelig ligt: de grens van racialiseren naar racisme is vrij dunnetjes. En zeker als er van het onderscheid tussen moslim-achtige mensen en blonde vrouw-achtige mensen ook een hiërarchisch onderscheid wordt gemaakt. En omdat de term terrorist slechts zelden gebruikt wordt als koosnaampje, sluipt door de link met het terrorisme-alarm de hiërarchie er meteen in.
Racisme als legitimering
Maar er is meer aan de hand met de term ‘moslim-achtige’. Want, opnieuw, wat is dat nu in vredesnaam? Bij De Volkskrant weten ze ook wel dat er niet één natuurlijk profiel is waar moslims aan voldoen, dus schetst men er één. Dat gaat altijd gepaard met de nodige ambiguïteit: vandaar ook niet moslim, maar moslim-achtig. Het is een praktijk die we ook van andere gevallen kennen en kan leiden tot zeer ernstige misstanden, van Joodse vrouwen die worden mishandeld omdat ze op moslims lijken tot een Braziliaanse man die wordt neergeschoten omdat zijn uiterlijk wel eens iets weg gehad zou kunnen hebben van een moslim. Hoewel er natuurlijk de nodige verschillen zijn tussen de praktijken van De Volkskrant, plegers van haatmisdrijven en de politie, hebben ze gemeen dat ze a) op basis van iemands uiterlijk proberen in te schatten hoe moslim iemand is b) ze laten zien hoe lastig het is om moslims te plaatsen op een raciale meetlat c) dat stereotyperende ideeën over religieuze en raciale kenmerken van mensen een schijn van rationaliteit en logische samenhang geven om moslims toch te profileren. Er is een term voor die schijn van rationaliteit en samenhang: islamofobie.
Het racialiseren van een groep gebeurt niet alleen door ideeën over uiterlijk. Zeker bij moslims gaat het vaak over negatieve ideeën over islam en cultuur waarbij dat negatieve beeld zo wordt ingevuld dat het lijkt alsof moslims er door voorgeprogrammeerd zijn. Dat weten we natuurlijk niet zeker, dus moeten we dat checken. Bijvoorbeeld door te kijken in hoeverre iemand voldoet aan wat wij denken dat een moslim-achtig profiel is. We zagen dat deze week ook nog op een andere manier. Joram van Klaveren kondigde aan dat hij moslim is geworden en werd door Tijs van den Brink onderworpen aan een soort surveillance regime: een spervuur van stereotyperende vragen die moesten bepalen waar Van Klaveren ergens stond op de meetlat van moslim-zijn:
In zijn politieke carrière uitte @JoramvKlaveren kritiek op de positie van de vrouw binnen de islam, maar legt uit hoe hij daarin is veranderd. ’Al zou ik zelf niet met vier vrouwen willen trouwen.’ #didd @NPORadio1 @sjirkkuijper @Azzedine_Karrat https://t.co/qq37YieKnv pic.twitter.com/lWxGO6anp0
— Dit is de Dag (@DitisdeDag) February 4, 2019
Voormalig PVV’er @JoramvKlaveren praat over afvalligheid van moslims en aanslagen. ‘Als het gaat om extremisten, hebben zij de islam niet goed begrepen.’ #didd #JoramvanKlaveren @NPORadio1 @sjirkkuijper @Azzedine_Karrat Luister hier het hele gesprek: https://t.co/qq37YieKnv pic.twitter.com/L7wBDQVeaV
— Dit is de Dag (@DitisdeDag) February 4, 2019
Genormaliseerde islamofobie als basis
Maar er is toch een probleem met islam? Of zoals De Volkskrant het zou formuleren ‘Dit is wat er nu gebeurt’. Een dergelijke logica is echt niet veel anders dan die van Alexandre Bissonnette die de aanslagen van IS in Europa zag en vond dat ie daarop moest handelen, in Canada. Natuurlijk is het resultaat heel anders. Hier is sprake van een journalistieke keuze die bepaalt wat we de werkelijkheid moeten vinden, en die het logisch zou maken om deze vragen te stellen aan Van Klaveren en het ‘logisch’ zou maken dat we bij terrorismedreiging checken op de aanwezigheid van mensen die er als moslims uit zien. Maar het zijn allemaal voorstellingen die alleen mogelijk zijn wanneer we voortdurend een doembeeld van intolerantie en geweld in relatie tot islam in ons achterhoofd hebben en op basis daarvan gaan bepalen wie er op een moslim lijkt in woord, daad en uiterlijk. Het is dat doembeeld dat van een moslim-achtige een moslim maakt, met andere woorden een zekere coherentie en ogenschijnlijke plausibiliteit meegeeft aan wat eigenlijk een volstrekt wazig, soms zelfs ridicuul profiel is.
Uit de reacties van de redacties in de afgelopen jaren op dit type onderzoeken blijkt dat men niet bereid of niet in staat is om ook maar enig betekenisvol gesprek en kritische zelfreflectie hierover aan te gaan. Dat is, zo is mijn eigen ervaring, echt anders in andere landen. Daar zien we media dezelfde beelden reproduceren en verspreiden en soms met dezelfde legitimeringen. Maar daar zijn redacties wel geïnteresseerd om het gesprek aan te gaan en even een stapje terug te nemen van de eigen journalistiek. Dat dat hier niet gebeurt, is een teken van gebrek aan journalistieke kwaliteit.