Manifest tegen islamofobie: “J’Accuse”
Vandaag biedt het Collectief tegen Islamofobie en Discriminatie (CTID) het Manifest tegen Islamofobie aan aan de Tweede Kamer. Hoewel het aanvankelijk niet de bedoeling was om het aan de Tweede Kamer aan te bieden verklaarde Abdou Menehbi in een interview in de Volkskrant dat dit volgens hem nu toch noodzakelijk is:
‘Maar vanwege de toon waarop politici over moslims spreken, kunnen we niet stil blijven’, zegt voorzitter Abdou Menebhi nu. ‘De urgentie is groter dan ooit.’
Het manifest opgesteld door CTID samen met anderen is een pleidooi voor een formele erkenning van islamofobie als vorm van structureel racisme. De ondertekenaars willen een Nationaal Coördinator Islamofobiebestrijding, naar het voorbeeld van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding. Ook willen ze dat aanvallen op moslims, moskeeën en islamitische scholen moeten beter geregistreerd worden, zodat de omvang duidelijk wordt, hetgeen nu lang niet altijd het geval is (de politie registreert bijvoorbeeld geen specifieke aanvallen tegen moslims). Scholen zouden moeten aandacht besteden aan moslimhaat.
Het manifest begint als volgt:
De term “J’accuse” komt uit een open brief van de Franse schrijver Émile Zola, gepubliceerd in 1898 in L’Aurore. Zola richtte de brief aan president Félix Faure om het onrecht en antisemitisme aan te klagen die leidden tot de onterechte veroordeling van de Joodse officier Alfred Dreyfus. Hij beschuldigde de Franse autoriteiten van vooroordelen en machtsmisbruik. De brief kreeg veel aandacht en staat symbool voor de strijd tegen onrecht en de verdediging van de waarheid.
Nederlandse bestuurders hebben al meer dan vier eeuwen ervaring met moslims, zowel in de voormalige kolonie Nederlands-Indië, met de grootste moslimbevolking ter wereld, als in Nederland zelf, waar in de afgelopen 50 jaar verschillende moslimgroepen zijn komen wonen. Vandaag de dag is ruim 5% van de Nederlandse bevolking moslim. Hoewel de grondwet en internationale verdragen die Nederland heeft ondertekend moslims gelijke rechten garanderen, is dit in de praktijk anders. De Nederlandse overheid is er nooit in geslaagd om moslims volledig als volwaardige burgers te laten participeren in de samenleving.
We maken ons ernstig zorgen over de opkomst van extreemrechtse en radicaalrechtse partijen in Nederland en Europa. Deze ontwikkeling heeft in verschillende landen geleid tot een intensivering van islamofobe uitingen en geweld. We weten al langer uit verschillende onderzoeken dat een meerderheid van de Nederlandse moslims discriminatie ervaart.[1]
We hebben er geen enkel vertrouwen in dat het onder het nieuwe kabinet beter zal worden. Dit kabinet,officieel onder leiding van premier Schoof, wordt feitelijk aangestuurd door Geert Wilders, de leider en het enige lid van de Partij voor de Vrijheid (PVV). Dit is een partij die sinds haar oprichting het inperken van de rechten van moslims als belangrijkste agendapunt heeft. De PVV omarmt de omvolkingsmythe en heeft vele voorstellen gedaan om moslims ongelijk te behandelen, zoals het sluiten van moskeeën en islamitische scholen, het verbieden van de Koran en de ‘kopvoddentaks’. Het beledigen van moslims is in de politiek bijna salonfähig geworden.
Voor het hele manifest inclusief de maatregelen die gevraagd worden, download Manifest J’Accuse (PDF)