Antisemitisme en cultuur – Het racisme in de uitspraken van Mona Keijzer
Introductie
Op 17 mei 2024 was vice-premier Mona Keijzer te gast bij het talkshowprogramma Sophie & Jeroen. Ze was uitgenodigd om te praten over de excuses van voormalig beoogd premier Ronald Plasterk aan Pieter Omtzigt. Het gesprek gaat al snel over de inhoud van het hoofdlijnenakkoord en in het bijzonder over de integratieparagraaf. Keijzer stelt vervolgens dat die plannen onder andere betekenen dat in de inburgering nadrukkelijk de kennis over de Holocaust wordt bijgebracht. Zij motiveert deze plannen onder meer als volgt:
Kort samengevat:
- (…) Wat je ziet is dat veel asielmigranten komen uit landen met een islamitisch geloof. We weten dat daar Jodenhaat, ja, onderdeel is bijna van de cultuur (…).
- (…) Van mensen die uit die landen komen, die krijgen dat op een andere manier mee dan wij dat meekrijgen (…).
- (…) Het is niet zo dat het alleen bij mensen uit islamitische landen speelt, want anders hadden we de Holocaust niet gehad. Dus daar heeft u helemaal gelijk in. Maar dit is een paragraaf die gaat over integratie. Integratie gaat ook voor een groot gedeelte over vluchtelingen die uit landen komen met een islamitische achtergrond. We weten dat bij mensen in die landen antisemitisme op een veel andere manier in de cultuur zit dan die bij ons. En ik vind echt, en met mij de onderhandelaars aan die tafel, dat we dit moeten adresseren. En wij hebben het bijbrengen van de kennis over de Holocaust ook als iets gezien dat je nadrukkelijk aan de orde moet stellen (…).
- (…) Maar ontkent u dan dat bij mensen met een islamitisch geloof antisemitisme vaak onderdeel is van de cultuur? Als je toch kijkt naar Hamas en de verklaring die ze daar hebben, daar zit het toch in? Ik ben gewoon verbaasd dat dat ontkend wordt (…).
Nou zouden we aan de hand van de cijfers in kunnen gaan op hoe groot het probleem van antisemitisme onder moslims nou eigenlijk is. Dat er een probleem is, is wel zeker. Als dat niet zo is, dan zouden moslims zo ongeveer de enige categorie mensen zijn, waarbij dat niet zo is. Een dergelijke oefening heeft dus weinig zin in deze context en dat wordt eens temeer duidelijk als we preciezer ingaan op de racistische constructie die Keijzer hier maakt.
Racialiseringscyclus
Het racisme van de retoriek van Keijzer is goed uit te leggen aan de hand van de vier dimensies van de racialiseringscyclus. Racialisering betekent dat we mensen in raciale en hiërarchische hokjes stoppen.
Categorisering
De eerste dimensie van deze cyclus is categorisering. Een gevarieerde groep mensen wordt hier onder één label gebracht en hiermee wordt een wij-zij onderscheid aangebracht. Dat is zeker het geval bij Mona Keijzer. Zij heeft het over ‘de cultuur’ van landen van waaruit mensen naar hier komen (uitspraak 1, 3 en 4). Dit is een volstrekt onzinnige constructie. ‘De cultuur’ bestaat niet, nooit. Cultuur is altijd veelzijdig, dynamisch en ingebed en overlappend met andere sferen zoals economie, politiek en kunst. Cultuur is altijd betwist: er zijn voortdurend discussies onder mensen over wat nu ‘onze’ cultuur is of zou moeten zijn. Daarbij is het een vorm van hypergeneralisering. Niet alleen doet zij zonder onderbouwing uitspraken over 1,8 miljard mensen, de landen waaruit moslims komen kennen ook nog andere gelovigen die nu ook op die hoop worden gegooid. Hier zien we een belangrijk aspect van racisme: niet alleen degenen over wie het gaat (moslims) worden geraakt maar ook degenen die er mee geassocieerd worden door middel van ideeën over uiterlijke kenmerken, afkomst en cultuur, worden erdoor geraakt. Uitspraak 3 laat daarbij met name zien dat er een wij – zij constructie wordt aangebracht door mensen uit landen met een ‘islamitische achtergrond’ (een voorbeeld ook van zo’n hypergeneralisering) tegenover ‘ons’ te zetten en dat op basis van een enorm generaliserende uitspraak over hoe er wordt omgegaan met antisemitisme.
Essentialisering
Een tweede dimensie van racialisering zien we ook terug in de uitspraken van Keijzer: essentialisering. Terwijl zij dus miljoenen of zelfs meer dan een miljard mensen over één kam scheert, reduceert zij hun bestaan als mens tot één dimensie: ‘islamitisch geloof’ en ‘de cultuur’. Nu zijn mensen altijd multidimensionaal: jong/oud, man/vrouw/anderszins, rijk/arm, urbaan/ruraal, enzovoorts. Zij reduceert dit tot islam en maakt daarbij dan ook islam de verklarende factor voor opvattingen van de mensen die zij eronder schaart. Zoals gesteld, het punt is hier niet dat antisemitisme niet voorkomt onder moslims, maar dat zij de veelzijdigheid van mensen reduceert tot haar beeld over islam. Het punt is ook niet dat er geen islamitische tradities zijn die bij kunnen dragen aan vormen van racisme door mensen, zoals antisemitisme; dat is namelijk wel degelijk het geval. Dat is ook niet raar. De islam is 1400 jaar oud en we kunnen daar vanalles in terugvinden. Perioden van jodenhaat, vervolging en conflict met perioden van dialoog, samenwerking, en bescherming. Er zijn tradities die de joden problematiseren omwille van hun joodse identiteit, maar ook tradities die joden (net als christenen) theologisch erkenning geven als voorgangers. Voor Keijzer lijkt dit er niet toe te doen: het zijn allemaal moslims en hebben allemaal islam op dezelfde manier voor ogen en dat hangt bij allemaal samen met antisemitisme. Een causaal verband waarvoor geen enkele culturele analyse een onderbouwing geeft.
Hiërarchisering
De derde dimensie van racialisering betreft het plaatsen in hiërarchie die mede gevolgen heeft voor de rechten, economische hulpbronnen en andere zaken die mensen nodig hebben als mensen. Dit zien we specifiek terug in de koppeling met antisemitisme. Antisemitisme is de enige vorm van racisme die in Nederland een eigen coördinator heeft, die specifiek wordt benoemd voor nieuwkomers. Natuurlijk, Keijzer nuanceert wel degelijk dat antisemitisme niet specifiek is voor moslims want dan zouden we volgens haar geen holocaust hebben gehad. Maar dat veegt zij hier terzijde als verder niet relevant en in feite veegt zij het straatje van Nederland schoon door te stellen dat mensen het daar toch anders meekrijgen dan ‘wij’ hier (uitspraak 2). Maar de meest opvallende koppeling is hier die met Hamas gemaakt wordt als indicator van zo zit vermeende islamitische cultuur in elkaar. Alsof Hamas representatief is voor alle moslims, maar ook een indicator in deze tijd van absolute slechtheid voor velen. De combinatie van bijna exclusief antisemitisme en een Hamas-associatie toewijzen aan de nieuwkomers in het licht van een wij-zij tegenstelling die gemaakt worden, maakt dit tot een belangrijk punt in het maken van een racistische hiërarchie.
Mobilisering
De vierde dimensie van racialisering gaat om het voorschrijven van hoe er met een bepaalde groep (onder label van dimensie 1) moet worden omgegaan. Dit is vrij helder: omwille van 1 t/m 3 moeten moslims holocaustonderwijs krijgen tijdens inburgering. Zij moeten dus omwille van hun vermeende geloof of afkomst anders behandeld worden dan andere nieuwkomers of andere Nederlanders. De inburgering is een individueel traject, maar Keijzer wentelt haar vermeende groepspatroon hier af op het individu en ziet het individu dus als verlengstuk, product en vereenzelvigd met de vermeende groep van haar. Haar actie is daarom, zoals het OM stelt, wellicht niet gericht tot het aansporen tot laakbaar gedrag, ophitsen of opstoken, maar wel erop gericht anderen te overtuigen en mogelijk tot actie aan te sporen om moslims nieuwkomers anders te behandelen dan anderen. Dit wordt eens te meer duidelijk als zij antisemitisme onder Nederlanders erkent maar wegwuift: we hebben het hier over integratie. Integratie wordt hier dus de legitimatie en uitkomst van Keijzer’s racistische retoriek.
Hypergeneralisering
Al met al construeert Keijzer hier een beeld van de nieuwkomer als deel van een groep (niet als individu) die tegenover ‘ons’ staat op basis van hypergeneraliserende beschuldigingen over antisemitisme. Het is niet zo dat wanneer je aan één van die dimensies voldoet je je gelijk in een racistisch speelveld begeeft, maar alle vier bij elkaar (en eigenlijk met name 3 en 4 bij elkaar), zorgen daar wel voor. De uitspraken van Keijzer vormen dan ook opnieuw een zorgwekkend voorbeeld van hoe de geschiedenis en het verhaal van de Joden wordt ingezet tegen moslims.