You are looking at posts that were written in the month of October in the year 2012.
M | T | W | T | F | S | S |
---|---|---|---|---|---|---|
« Sep | Nov » | |||||
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 |
8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 |
15 | 16 | 17 | 18 | 19 | 20 | 21 |
22 | 23 | 24 | 25 | 26 | 27 | 28 |
29 | 30 | 31 |
Posted on October 28th, 2012 by martijn.
Categories: anthropology, Important Publications, Religion Other, Ritual and Religious Experience.
One of the anthropologists outside the research field of Islam and Muslims I admire very much is Tanya Luhrmann. In her research she is concerned with the social construction of psychological experiences and how people experience their world. More in particular her research is concerned with what some in more popular discussions call the “irrational”. How do particular ideas in your head come to seem real and how do particular ideas about your own mind influence your mental experiences? She wrote several books such as Persuasions of the Witch’s Craft; The Good Parsi; Of Two Minds and (my favorite) When God Talks Back. The last book has been an inspiration for me in my work on Muslim youth and Salafi Islam. In that book she describes how people find God and how they actually come to experience that it is God who speaks back at them. See the article in the New Yorker and at NPR. See also the excerpt where she in fact asks the basic questions. These questions appear to be so basic (and they are) but open up a whole range of experiences and perspectives of the people she is working with:
When God Talks Back : NPR
How does God become real for people? How are sensible people able to believe in an invisible being who has a demonstrable effect on their lives? And how can they sustain that belief in the face of what skeptical observers think must be inevitable disconfirmation? This book answers these questions by taking an outsider’s perspective into the heart of faith through an anthropological exploration of American evangelical Christianity.
A recent project of her compares the experience of hearing distressing voices in India, Ghana and in the United States. Last week she was to speak at the ‘Culture, Mind and Brain‘ conference in the US. Although she couldn’t be there, she prerecorded her lecture Hearing Voices in Accra and Chennai: How Culture Makes a Difference to Psychiatric Experience. In this lecture she talks how particular cultural dispositions relate to the voices people with psychotic disorder experience. This lecture was based upon her fieldwork in the US, Accra (Ghana) and Chennai. She shows that there is a variation in the voices people have in Chennai and Accra constituted by and also producing different experiences of hearing voices. She asked patients what kind of voices they hear, how they experienced their relationship with voices, if and how they identified the voices and the type of control they had, if at all.
In the US people identified themselves as schizophrenic and ‘knew’ that hearing voices meant that you are crazy leading to denial and hating the voices because it was related to stigmas of having mental illness. In Accra, Ghana, it did not by definition mean that someone was crazy but that he/she was under attack by spirits or witches. They did not talk about ‘schizophrenia’ and expressed the positive experiences of hearing voices. The people in Chennai, India, heard voices of relatives who told them ‘to get dressed and clean up’. These voices of people (who were diagnosed with schizophrenia) were at times supportive, consoling and experienced as companions.
The three cases show, according to Luhrmann, that people have different avenues of meaning-making when they start hearing the voices that also influences the way the experience the voices. In her talk she referred to a (controversial) Dutch movement (Hearing Voices movement established by Marius Romme, a psychiatrist from the Netherlands, and his wife Sandra Escher, with their patients) that encourages people to have a stronger positive relationship with the voices they hear. It in fact encourages them not to perceive and experience schizophrenia as life sentence that will scar them for life. If we are able to radically redefine our understanding of mental experiences we may be able to change them. (Read Luhrmann’s article Living with Voices for a more elaborate account). I think this overestimates our ability to ‘change culture’. The medical model is very dominant in the West (not only with regard to mental experiences but also in other areas) and maybe related to neo-liberal capitalism that needs ‘sane’ people who are able to work in the pace and other conditions set by neo-liberalism. Or to profound changes in the West over the last 30 or so years such as the idea to reduce risk (for individuals, for society). This is somewhat speculative but if one looks at the actual stigma psychiatric patients have it is often twofold: they are a risk to security of society and they are a nuisance because they cannot function in the ‘normal’ labor market. Changing how people perceive their mental experiences is thus more then only changing their perceptions; it is changing society in many ways.
You can watch Luhrmann’s lecture here:
Hearing Voices in Accra and Chennai from Constance Cummings on Vimeo.
A much more elaborate post on this lecture is written by Greg Downey: Tanya Luhrmann, hearing voices in Accra and Chenai. Together with Daniel Lende he maintains the Neuranthropology blog. If you did not bookmark this yet, you should. It is one of the best anthropology blogs around combining academic work, societal debates and a love for anthropology and that in an accessible and understandable language.
Posted on October 23rd, 2012 by martijn.
Categories: anthropology, Important Publications, Public Islam.
De redactie van het Tijdschrift voor Theologie heeft mij gevraagd een reviewessay te schrijven over het thema Islam in Europa. Dat is verschenen in het septembernummer.
Islamisering of Secularisering? De Kwestie van Islam in Europa
De islam is al eeuwen een onderdeel van Europa. We kunnen grofweg vier stromen onderscheiden die ieder een ander type invloed en aanwezigheid met zich meebrachten en/of –brengen. Allereerst is er de nauwelijks te onderschatten invloed van de Moren in Spanje (711-1492). Er zijn geen islamitische nazaten in Spanje van deze beschaving, maar resten ervan zijn duidelijk terug te vinden in wetenschap, namen van plaatsen, gebouwen, enzovoorts. Ten tweede zijn er de Krimtataren (vanaf de tiende eeuw) die in het kielzog van de Mongolen Oost-Europa binnenkwamen en momenteel nog terug te vinden zijn in Finland, Polen en Litouwen. Nazaten hiervan hebben nog met de Polen meegevochten in de Slag bij Wenen tegen de Ottomanen. Die groep vormt vanaf de 14e eeuw de derde categorie en er zijn nog steeds afstammelingen van deze groep in Oost-Europa (vaak Turken genoemd hoewel ook bekeerlingen en hun nakomelingen soms dat label krijgen). Als vierde zijn er, voornamelijk in West-Europa, vanaf de 19e eeuw moslims die als koloniale migrant, gastarbeider of vluchteling naar Europa kwamen. In het verleden had Oost-Europa overigens enkele groepen moslims van wie de herkomst onduidelijk was zoals de Böszörmény in Hongarije (10e – 13e eeuw) en een groep die nu nog bestaat: de Pomaks (in Bulgarije).
In het algemeen kunnen we stellen dat door de eeuwen heen de relatie tussen islam en Europa wordt gekenmerkt door onderlinge dialoog en kruisbestuiving op het gebied van politiek, technologie en maatschappelijke arrangement, maar ook conflict en competitie. De islam is dus een wezenlijk onderdeel van de Europese geschiedenis. Toch lijkt de vraag hoeveel religie een samenleving kan hebben, of hoeveel islam, er één van de laatste tijd. Er ligt een sterk normatieve component ten grondslag aan die vraag. Kan islam zich hedentendage inpassen in de Europese morele gemeenschap die zich idealiter zou kenmerken door seculiere en seksuele vrijheden? Kan de islam zich aanpassen aan de Europese cultuur en alle problemen rondom integratie en radicalisering achter zich laten? Hoe verhoudt islam zich tot het Europese zelfbeeld (en dat van de afzonderlijke natie-staten) als een beschaving gebaseerd op joods-christelijke tradities? Er is ‘dus’ iets mis met islam wat dergelijke vragen klaarblijkelijk oproept. Deze vragen gaan uit van een strikt onderscheid tussen het religieuze en het seculiere domein in een samenleving. Recent onderzoek zet deze tegenstelling echter onder druk. In dit reviewessay behandel ik de volgende publicaties:
Uit deze publicaties blijkt helder dat in ieder Europees land het religieuze domein er anders uit ziet. Het is afhankelijk van de politieke en culturele context door de tijd heen en meestal sterk bepaald door de onderhandelingen tussen de christelijke kerk en de seculiere liberale of communistische elites. Dit betekent dat waar de grens tussen het religieuze en het seculiere wordt getrokken, wie dat doet en op welke wijze niet als vanzelfsprekend gezien moeten worden, maar juist centraal moeten staan in studies die zich met politiek, religie en secularisme bezighouden. Niet alleen is er niet één islam, er is ook niet één Europa.
Lees Verder: Islamisering of Secularisering? De Kwestie van Islam in Europa
Andere artikelen in dit nummer zijn:
Tijdschrift voor Theologie: Jaargang 2012, Nummer 3
Jaargang 2012, Nummer 3
- Ruim baan voor de verbeelding Over creativiteit en geloof Timothy Radcliffe
- Alle dingen nieuw Theologie uit genade Erik Borgman
- Is het personalisme achterhaald? Darwin en christelijke ethiek Johan de Tavernier
- Wereldse theologie Publieke theologie en de economische wetenschap Aloys Wijngaards
Posted on October 20th, 2012 by martijn.
Categories: Arts & culture, Blind Horses, islamophobia, Multiculti Issues.
Het tentoonstellen (ja echt tentoonstellen) van zogenaamde inboorlingen was rond 1900 enorm populair in Europa. Dit gebeurde onder meer op de zogenaamde Wereldtentoonstellingen waar ieder land zijn kunst en bezittingen en kunde kon etaleren. Ook in Nederland kwam het tentoonstellen van ‘inboorlingen’ voor. En nee, daar werden niet de autochtone inwoners van het hedendaagse Nederland mee bedoeld, maar de autochtone inwoners van de koloniën. Kijk bijvoorbeeld de volgende reportage van Geschiedenis24: Amadou Seck: Het negerjongetje van de Nenijto
Vaak was er niet alleen sprake van een vertoon van inferioriteit van zwarte mensen, maar werden ook zogenaamde positieve gevolgen van bijvoorbeeld Afro-Amerikanen op de Amerikaanse maatschappij belicht; beide vanuit racistisch perspectief. Eén van de laatste grootste tentoonstellingen in Nederland werd in 1928 in Rotterdam georganiseerd tegelijkertijd met de Olympische Spelen in Amsterdam.
Eén van de beroemdste figuren in deze is Saartje Baarman ook wel bekend als de ‘hottentot-venus’. Lees HIER haar verhaal (en let ook op de rol van de wetenschap, waar ik toch behoorlijk plaatsvervangende schaamte van krijg).
Termen
De term ‘neger’ die daarbij werd gehanteerd, werd voor het eerst in de 17e eeuw gebruikt als benaming voor de ‘lading’ van een slavenschip en had tot 1863 de betekenis van ‘zwarte slaaf’. De term wordt, schat ik in, tegenwoordig door de meeste blanke Nederlanders niet meer verbonden met racisme en slavernij hetgeen vooral wijst op een racistische amnesie. Het zijn immers niet de zwarte burgers die de collectieve herinneringen en definities bepalen. Het stereotype kunnen we hedentendage makkelijk terugvinden als ‘zwarte piet’: donker kroeshaar, rode dikke lippen en brede mond. Daarnaast hebben stereotype afbeeldingen vaak platte en brede neuzen en donkere kleine ogen. Overigens lijkt het me onwaarschijnlijk dat mensen geen enkele connotatie bij de term hebben.
Afrikadorpen
Het laatste ‘negerdorp’ was te zien tijdens de Wereldtentoonstelling van 1958 in Brussel waar mensen uit de Belgische kolonie Congo tentoon werden gesteld. Dat moet een, op z’n zachtst gezegd, vreemde gewaarwording zijn geweest voor de Congolese inwonders van België… Een variant op deze tentoonstellingen zijn zogenaamde ‘afrika-dorpen’ zoals die in het verleden in het Afrikamuseum in Berg en Dal. Maar ook recenter kunnen we deze terugvinden bijvoorbeeld in 2005 in het Duitse Halle, en in 2010 in Houston. Ook dichterbij komt dit voor. Ouwehands Dierenpark in Rhenen heeft Umkhosi (‘Afrikaans dorp met Afrikaanse dieren‘) en het Limburgse Brunssum kende een eigen Afrikadorp in 2008: Meet Afrika and Embrace it in Brunssum.
Mediatentoonstelling
De laatste variant zijn zogenaamde realityshows. Denk aan programma’s zoals Holy Shit, Groeten uit en Tribe. Natuurlijk is hier niets ‘reality’ aan; het is ‘staged reality‘ waarbij terug gegrepen wordt op aloude stereotypen die verder worden uitgespeeld en uitvergroot voor de camera. Het toppunt, en zonder claim naar de realiteit, zijn programma’s als Ushi en Dushi waarin allerlei stereotypes over Japanners worden uitgespeeld. In alle gevallen gaat het om het versterken, presenteren en produceren van Westerse mythes over de Ander (waar dan ook vandaan). We zien dit ook terug in tentoonstellingen over Midden-Oosten die tegenwoordig, heel modern, interactief zijn. Bekijk bijvoorbeeld de volgende afbeeldingen gemaakt in het Haagse Museon over de Arabische wereld:
Foto: Zihni Özdil
Hier de stereotypen ‘woestijn’, ‘moskee’ met wat Arabisch en geometrische figuren. De volgende foto van het interactieve ‘Arab Cloud’:
Foto: Zihni Özdil
Opnieuw ‘woestijn’ ‘islam’ ‘moskee’ ‘olie’ ‘burqa’ ‘waterpijp’ ‘djellaba’ enzovoorts. En let ook even op de achtergrondafbeelding. In dit geval gaat het vooral om orientalisme waarbij mensen uit het Midden-Oosten vaak worden weergegeven als gepassioneerder, gewelddadiger en barbaars en als mensen die door hun cultuur bepaald worden. Het ‘barbaarse’ karakter van de ander (uit Afrika of het Midden-Oosten) is vaak gebruikt als legitimering voor kolonisering en slavernij die dan ook vooral beschavingsprojecten zouden zijn (iets wat we nu nog wel zien wanneer gewezen wordt op de ‘positieve’ effecten van kolonialisme). De ‘andere landen’ zouden dan ook minder ontwikkeld zijn, passief en daarom van nature aangewezen op een ondergeschike rol.
Lering ende vermaak
Of het nu de Wereldtentoonstellingen zijn of de Afrikadorpen of de hedendaagse tentoonstelling in het Museon, altijd was er de combinatie van educatie en vermaak. Die wereldtentoonstellingen zijn voor ons nu vanzelfsprekend racistisch (hoop ik althans), dat laatste is het wellicht niet. Maar het is wel racisme (of in het geval van Museon, orientalisme). Racisme is een structureel fenomeen dat ingebed is in de samenleving en waarop sommige samenlevingen zijn ontstaan. Het interactieve model van Museon of ‘Groeten uit’ is (of lijkt) wellicht ontdaan van de directe repressie die vroeger gepaard ging met racisme, maar inmiddels zijn we zaken als ‘zwarte piet’, ‘Groeten uit…’ als ‘gewoon’gaan beschouwen. Niet als racistisch, maar als onderdeel van de eigen cultuur en/of ‘onschuldig’ vermaak. De scherpe randjes zijn als het ware onzichtbaar gemaakt, maar berusten uiteindelijk op dezelfde beelden van de Ander die voorheen vaak leiden tot discriminatie, barrieres voor sociale stijging, vervolging en onderdrukking.
Ze leiden ook tot legitimering van al die zaken. En zijn soms nauw verbonden met collectieve herinneringen van groepen die ermee te maken hadden; slachtoffers niet de daders. Waar de Belgen trots hun ‘Congolezen’ lieten zien in Brussel hadden ze er 15 miljoen (!) gedood in Congo. Om maar eens wat te noemen. Degenen die tentoongesteld werden, waren overlevenden van de slachtpartijen (ik vraag me af of in dit geval de term genocide op zijn plaats is). De eerder genoemde Saartje Baartman werd tentoongesteld in een kooi door een dierentrainer en zelfs nu zijn de Fransen niet bereid haar lichaam naar Zuid-Afrika over te brengen; haar hersenen en geslachtsdelen worden bewaard in het Musée de l’Homme in Parijs.
Alleen mensen die niet als blank werden beschouwd (bijvoorbeeld ook Filipino’s) werden tentoongesteld en vaak op systematische wijze. Alleen degene die als de Ander werd beschouwd werd geherdefinieerd als object, handelswaar of dier. Westerse kunst werd tentoongesteld in kunstmusea; die van Afrikanen in Musea voor Volkenkunde. Daarbij ging het bijna altijd om mensen een ‘kijkje te gunnen’ bij andere ‘culturen’ of ‘volkeren’. En dan vaak op stereotype wijze. Alsof er een tentoonstelling werd ingericht met Nederlanders op klompen, met tulpen, wiet en ergens en kamertje voor euthanasie; met de claim dit is het Nederlandse volk. Want, bijvoorbeeld in het geval van het Museon, waar is de literatuur uit het Midden-Oosten? Waar zijn de christenen en de joden? Waar zijn de metropolen, waar is de Egyptische film? In het geval van Afrika waar zijn eveneens de steden, de zakencentra, de winkels, kunst en cultuur, de wetenschappen? In plaats daarvan is het enige wat we te zien krijgen de rokjes, ontblote lichamen, woestijn, islam, geweld en de grappige domme zwarte man en vrouw die ons westerlingen toch nooit begrijpt (en wij hen niet). Met andere woorden het enige wat we te zien krijgen is datgene wat past in onze stereotypes van culturele artefacten, primitiveit en barbarisme. Waar in het verleden bij de Afrikanen vooral ‘Pygmeeen’ (alsof dat één groep is) tentoon werden gesteld, gaat het nu in verbeeldingen van het Midden-Oosten vooral over de wilde moslimman.
Of het dan ook tegenwoordig een Amerikaanse Republikeinse activist is die zei dat een uit de dierentuin ontsnapte gorilla een voorvader was van Michelle Obama of een Bert Brussen van DeJaap die Marokkaans-Nederlandse jongeren rifapen noemt; het is racisme. Het is racisme omdat het beelden, termen en ideeën zijn die voortkomen uit een racistische traditie die is ingebed in de samenleving die daarmee een onzichtbare (voor veel blanken althans) racistische structuur kent. Dergelijke ideeën, beelden en termen staan niet op zichzelf en komen niet uit de lucht vallen en zijn nauw verbonden met machtsverhoudingen in een samenleving. Het is niet de zwarte vrouw of moslimvrouw die uiteindelijk en doorslagevend bepaalt wat racistisch of orientalistisch is; dat zijn over het algemeen blanke mannen omdat dat de groep is die het hier voor het zeggen heeft. Waar racistisch radicaal-rechts vaak onbehouwen en weinig bereflecteerd is en daarom afgewezen wordt (zo gaan we hier niet met elkaar om) is dat van de midden- en hogere klasse vaak meer verleidend. Men probeert het in zo in te kleden dat het logisch lijkt (nee ik bedoel niet alle moslims en Marokkaanse-Nederlanders, Surinaamse en Antilliaanse en Afrikaanse Nederlanders, maar alleen die criminelen, die intoleranten, enzovoorts). En misschien bedoelt men dat wel echt, maar feit blijft dat de ideeën en termen thuishoren in dezelfde racistische structuur al zijn ze wat verleiderlijker gemaakt net als de hedendaagse televisie en interactieve tentoonstellingen.
Ook het idee van een beschavingsoffensief kunnen we tegenwoordig nog steeds vinden. Die wilde vreemdeling in ons midden moet onschadelijk gemaakt worden. En we moeten Marokko gaan vertellen dat abortus echt een recht is (ongeacht wat de vrouwenorganisaties in dat land die al jaren met dat onderwerp bezig zijn willen). Of we moeten Irak binnenvallen want we moeten de Irakezen bevrijden van onderdrukking en hen democratie schenken ook al kost dat weet ik hoeveel doden. En net als in Nederlands-Indië ging het ook daar om vrede en veligheid.Het leidt ook, minder dramatisch maar op z’n minst vervelend, tot de politie die aan ethnic profiling doet, zoals keer op keer op keer op keer vastgesteld wordt. En ook de rechtspraak gaat niet vrijuit (zie ook toelichting HIER).
Blank privilege
Het onvermogen van met name blanke Nederlanders om bovenstaande uitsluitingsvormen te herkennen als racisme of voortkomend uit racistische structuren of de pogingen om het racisme te ontkennen zijn uitingen van blanke privileges. Racistische incidenten die wel erkend worden (zoals recent in het voetbal) worden gezien als incidenten en niet als gevolg van een maatschappij die een racistische structuur heeft. Als daar al opgewezen wordt, dan wordt gesteld ja maar dat is (bijvoorbeeld) het voetbal of dat zijn nu eenmaal de voetbalsupporters.
Natuurlijk hebben ‘wij’ blanken geen last van zwarte piet als racisme; ‘wij’ zijn niet degenen wiens voorouders slaaf gemaakt zijn en gekoloniseerd zijn en degenen die nu in de Nederlandse samenleving een minderheidspositie in nemen. Stelt u zich voor dat we ieder jaar een feestdag invoeren waarbij iemand verkleed als Duitse soldaat zijn intrede doet op een paard met daarbij een groepje mensen verkleed als archetypische jood met tatoeage en al. Ik denk dat velen dan wél snappen waarom men dat als anti-semitisch, kwetsend, enzovoorts zien. Dat we het nu niet zien in het geval van bovengenoemde fenomenen is een gevolg van onze luxe positie als blanke meerderheid. Vandaar waarschijnlijk ook dat de woordvoerder van Alexander Pechtold (D66) kan beweren dat het onderwerp werkeloosheid onder allochtone jongeren niet interessant genoeg om naar de studio van De Halve Maan te komen. Eerder kon Pechtold wel meewerken aan een plan om de overlast van Marokkaans-Nederlandse jongeren terug te dringen. Want ja met overlast wordt de blanke voorkeurspositie wel onder druk gezet natuurlijk. Het is ook een gevolg van ons onderwijs waarin amper wordt ingegaan op de kwestie slavernij vanuit het oogpunt van de slaven en hun nakomelingen en waarin belangrijke episodes worden weggelaten. Immers, wat zegt de naam Tula? Of Trinta di Mei? (hint voor de laatste, één van de zeldzame keren dat het Nederlandse leger is ingezet tegen haar eigen bevolking).
Het blanke privilege draagt waarschijnlijk ook bij aan de dubbele moraal die we zo vaak zien. We kunnen wel massaal wijzen op het seksisme onder allochtone inwoners, maar hebben geen enkele moeite met ‘bikinibabes‘ in kranten of het afbeelden van naakte minderjarige meisjes op sites als Geenstijl. En als er gewezen wordt op racisme wordt het belachelijk gemaakt of er wordt gesteld dat het politiek correctgedrag is dat verhindert dat we problemen aan de kaak stellen of omdat het fenomeen ‘veel gelaagder‘ is dan racisme. Maar serieus mensen, als u geen problemen kunt benoemen zonder te vervallen in racistisch taalgebruik dan moet u toch echt uw eigen taalvaardigheden eens opschroeven.
De hier genoemde fenomenen zijn geen losstaande incidenten, maar komen voort uit en zijn onderdeel van een specifieke structuur en dat al tijden. Of we een en ander nu zien als lering ende vermaak of de beschuldiging van racisme als politieke correctheid, er is geen ontkomen aan. Racisme is een structureel fenomeen.
Met dank aan Zihni Özdil voor de foto’s. Bezoek zijn site: HIER.
Posted on October 17th, 2012 by martijn.
Categories: Activism, anthropology, Arts & culture, ISIM/RU Research, Public Islam, Religion Other.
A short commentary of mine was published in the last issue of Material Religion: The Journal of Objects, Art and Belief, Volume 8, Number 3, September 2012.
Styles of Salafi Activism: Escaping the Divide
Dutch Salafi Muslims adopt different styles of activism that blur the binary opposition between the secular and the religious. In this short commentary I present two examples and reflect upon how Salafi activists attempt to escape the divide between the religious and the secular while at the same time triggering debates and policies that impose the dichotomy upon them.
DOI: http://dx.doi.org/10.2752/175183412X13415044209032
Source: Material Religion: The Journal of Objects, Art and Belief, Volume 8, Number 3, September 2012 , pp. 400-401(2)
Publisher: Berg Publishers
This short article is part of the ‘In Conversation’ section of Material Religion: The Journal of Objects, Art and Belief in which (invited by prof. Annelies Moors) the authors reflect upon the division between the secular and the religious. The pieces in this section are:
In conversation
- Transgressing the Religious-Secular Divide? by Annelies Moors, pp. 399-399(1)
- Styles of Salafi Activism: Escaping the Divide by Martijn de Koning, pp. 400-401(2)
- Halal Arts: What’s in a Concept? by Jeanette Jouili, pp. 402-403(2)
The current issue of Material Religion (to which aforementioned articles belong) is a special issue: popularizing islam: muslims and materiality edited by prof. Annelies Moors. It includes the following articles:
Material Religion: The Journal of Objects, Art and Belief
Popularizing Islam: Muslims and Materiality-Introduction
pp. 272-279(8)
Author: Moors, Annelies
Abstract:This special issue centers on how Islam becomes present in the public through material, tangible forms, including mosques, headscarves, and movies in a wide variety of locations, such as Morocco, Egypt, Kyrgyzstan, Turkey, and the Netherlands. It zones in on how both nation-states and Islamic movements have developed new kinds of cultural politics, taking into account the twin forces of the state governance of Islam and consumer capitalism.
Constructing Authentic Houses of God: Religious Politics and Creative Iconographies in Dutch Mosque Design
pp. 280-307(28)
Author: Roose, Eric R.
Abstract:
Modern mosques in the West are all too often considered to be anachronistic pastiches of authentic historical examples that are literally out of place in the Muslim diaspora. Whereas this perspective has usually led to projections of nostalgia onto generalized communities, in this article I will take two prominent and enigmatic examples from the Netherlands and trace empirically how their designs have developed. Building on an expanding body of iconological studies of religious architecture, I will present an analysis of the different positions the Muslim patrons who initiated these buildings have taken up in Islamic politics. An empirical reconstruction of their prototypical selections, and how these were used to steer the architects towards the creation of desired drawings, makes their outcomes more intelligible. Whereas both mosques have been modeled on the same historical example, an underlying contestation of religious authorization has led to divergent forms of architectural authentication.
Formats, Fabrics, and Fashions: Muslim Headscarves Revisited
pp. 308-329(22)
Authors: Ünal, R. Arzu; Moors, Annelies
Abstract:
Changes in the sartorial practices of Dutch-Turkish women who wear Muslim headscarves may be summarized as a shift from sober, religiously inspired forms of dress towards colorful, more fashionable styles. A focus on the materiality of headscarves indicates, however, that the relation between Islam, dress, and fashion is more complex. The main motivation for the women to adopt headscarves, including the fashionable ones, is religious. They do so because they consider it a practice prescribed in the foundational Islamic texts and because presenting a pleasant, up-to-date look can be considered as a form of visual da’wa. At the same time, however, wearing particular styles of fashionable headscarves also performs other, non-religious, identities and forms of belonging, such as those pertaining to status, ethnicity, and professionalism. This is evident in how fabrics (such as silk) and shapes of headscarves (square or rectangular) matter. An investigation of headscarves as particular items of dress is, in turn, helpful to understand the limits of a focus on aesthetic styles and fashion. The headscarf format makes these items of dress easy to acquire and hard to discard, because they are often received as gifts. A woman’s attachment to particular headscarves-materializing social relations and functioning as souvenirs-goes beyond aesthetic styles and mitigates the force of fashion.
In the Name of Culture: Berber Activism and the Material Politics of “Popular Islam“ in Southeastern Morocco
pp. 330-353(24)
Author: Silverstein, Paul A.
Abstract:
After Moroccan independence in 1956, salafi critiques of the heterodox and heteroprax tendencies associated with “popular Islam“ (l’islam populaire, as elaborated in particular by French colonial ethnologists and legal scholars) became enshrined within state ideology and administration. In response, over the past twenty years, a burgeoning Berber (or Amazigh) cultural movement has espoused local religious beliefs and practices as more attuned to the authentic culture of North Africa, and sought the protection of such regional idioms in the name of human rights. This article explores how a set of Amazigh activists from southeastern Morocco, while in many cases avowing a politics of secularism (laïcité), nonetheless ambivalently embrace certain practices of “popular Islam“ as paramount elements of Berber culture, including pilgrimage to the tombs of “saints,“ the role of marabouts and Sufi brotherhoods, the pre-Islamic (Jewish or Christian) roots of ritual life, and the general inscription of the natural landscape with baraka. Their ideology ironically dovetails with recent attempts by state actors to (re-)construct a particular, non-fundamentalist Moroccan Islam as part of its participation in the global “war on terror.“ Such a material embrace of “popular Islam“ challenges scholastic categories.
Islamically Marked Bodies and Urban Space in Two Egyptian Films
pp. 354-373(20)
Author: Armbrust, Walter
Since the 1970s Egyptian cinema has grappled with two closely related issues. First, filmmakers sought to neutralize the occurrence of Islamically marked bodies through visual conventions that either carefully excised them from the urban fabric, or alternatively, cast them as a political challenge to the state’s modernist project. Secondly, filmmakers struggled to digest the material decline of urban space that had, in earlier eras, functioned as the aspirational site of modern life. Starting in the mid 1990s, as the ideology of economic liberalism gained traction in Egypt, new visual conventions for representing both piety and urban space began to emerge. In this article I examine these emerging conventions, instantiated in two films from the late Mubarak era: The Yacoubian Building (2006) and I Am Not With Them (2007). I argue that the apparent novelty of these emergent visual conventions-the depiction of Islamically marked bodies, and the displacement of location from the old urban center to the new suburbs-should be understood as cultural naturalizations of neoliberalism.
Watching Clone: Brazilian Soap Operas and Muslimness in Kyrgyzstan
pp. 374-396(23)
Author: McBrien, Julie
Abstract:
In 2004 Clone, a Brazilian soap opera that featured Moroccans and Brazilians as main characters, broadcast throughout post-Soviet Central Asia. The program rose to tremendous popularity in the Kyrgyzstani town of BazaarKorgon partly due to the romanticism of its imagery. The town’s residents said they were so taken by the soap opera because it was the first fictionalized program that featured Muslims as main characters that had aired in the post-Soviet period. While the rather orientalized images featured in the serial can be read as highly stereotypical, Bazaar-Korgonians nonetheless utilized the soap to widen conceptualizations of what “true“ Muslimness could be. Some even used it to support their efforts at religious piety. The soap opera was certainly not a religious object. Nevertheless, residents utilized it in explicitly religious projects. This forces us to consider the role that such ambiguously classifiable objects-those that fall outside of the undeniably religious/non-religious dialectic-play in “doing religion.
Posted on October 14th, 2012 by martijn.
Categories: Gender, Kinship & Marriage Issues, Guest authors, Headline, Multiculti Issues.
Met Gastauteurs: Edien Bartels en Oka Storms
Het kabinet, in de vorm van staatssecretaris Teeven, ministers Leers en Donner, heeft in de week van 23 april een tweetal wetsontwerpen ingediend gericht op het bestrijden van huwelijksdwang. Afgelopen week stond dit onderwerp weer in de aandacht vanwege het kamerdebat over huwelijksdwang, vrouwenbesnijdenis en polygamie. Met betrekking tot huwelijksdwang wordt speciale aandacht besteed aan neef-nicht huwelijken. Sinds 1970 is het sluiten van een huwelijk met een verwant in de derde en vierde graad niet meer verboden in Nederland. Dit geldt voor alle westerse landen, behalve in ongeveer de helft van de staten in de USA waar een huwelijk met een verwant, derde en vierde graad, wel is verboden. Opmerkelijk is dat daar andere argumenten een rol spelen; het gaat daar om medische argumenten die door kenners als niet houdbaar worden gekwalificeerd. Waarom dan een verbod op dergelijke huwelijken in Nederland?
Het Wetsvoorstel
Het voorgestelde verbod op huwelijken met een verwant geldt zowel voor Nederlanders van autochtone afkomst als van allochtone afkomst. Maar het nieuwe wetsontwerp wordt gemotiveerd vanuit huwelijksdwang onder de nieuwe generatie van migrantenafkomst die een migratiehuwelijk willen aangaan. Daarbij baseert het kabinet zich op onze studie uit 2005 waarin onder andere wordt gesteld dat huwelijksdwang in geval van verwantschap van partners waarschijnlijk vaker zal voorkomen dan wanneer er geen verwantschap is. In diezelfde studie wordt ook aangegeven dat het hier om een vermoeden gaat omdat cijfers ontbreken en moeilijk naar boven te halen zijn. Een duidelijke omschrijving van dwang is evenmin te geven. Is sociale controle een vorm van dwang? Of is er van dwang alleen sprake wanneer er sancties aan partnerkeuze worden verbonden? Bovendien wordt nadrukkelijk gesteld dat gedwongen huwelijken afnemen. Dit wordt ook bevestigd in de verwerkte literatuur. In 2008 hebben we in Amsterdam onder verschillende groepen bewoners van migrantenafkomst een volgend onderzoek verricht naar partnerkeuze waarin ook gekeken is naar huwelijksdwang. Uit deze laatst genoemde studie komt tevoorschijn dat de trend van afname doorzet en dat het steeds vanzelfsprekender is dat deze jongeren zelf hun partner kiezen. Er komen ook steeds meer etnisch gemengde huwelijken en migratiehuwelijken worden meer en meer afgewezen omdat partners van het land van herkomst steeds meer worden ervaren als ‘van een andere cultuur afkomstig’. Dit wordt bevestigd door de cijfers. Het aantal migratiehuwelijken, tussen in Nederland woonachtige jongeren met een partner uit het herkomst land van hun ouders, is sterk afgenomen.
Waarom dan toch strafbaar stellen van consanguine huwelijken, huwelijken tussen verwanten, op basis van vermoedens uit een onderzoek van 2004-2005? In dat onderzoek werd immers juist aangegeven dat er een afnemende trend is die ook nog eens bevestigd is via onderzoek in 2008 en de cijfers van afname van migratiehuwelijken. Had het kabinet geen andere klussen dan huwelijkswetgeving om te stigmatiseren, of zoals de Volkskrant (24.3.2012. p.12) stelt: “Dat dit nagenoeg het enige bericht was waarmee de ministerraad vrijdag naar buiten kwam, lijkt te bewijzen dat het regeren op een laag pitje is gezet.”
Symboolwetgeving
Het voorstel van het oude kabinet komt neer op stigmatiserende symboolwetgeving over de rug van vrouwen. Er zal dispensatie gegeven worden wanneer blijkt dat er geen sprake is van dwang. Een dergelijke uitsluitingsclausule of omzeilingsclausule moet er wel in opgenomen worden omdat, zoals gemeld wordt, neef nicht huwelijken ook in Nederland van oudsher voorkomen en naar verwachting blijven voorkomen. Dergelijke huwelijken worden ook niet in strijd geacht met de Nederlandse rechtsorde zoals in de brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer wordt gemeld. Huwelijken tussen verwanten worden alleen verboden omdat het vermoeden bestaat dat de kans dat het dan zou gaan om gedwongen huwelijken, groter is. De bewijslast wordt hier wel omgedraaid. Er moet bij het aangaan van het huwelijk een verklaring afgelegd worden over eventuele bloedverwantschap. Is dat het geval dan kan er toch nog wel gehuwd worden na een verklaring onder ede waaruit blijkt dat het geen gedwongen huwelijk is.
Kortom: in geval van huwelijken tussen neef en nicht moet bewezen worden dat het niet gaat om dwang terwijl dat in geval van huwelijken tussen niet-verwanten niet ‘bewezen’ of apart verklaard hoeft te worden. Omdat voor alle huwelijken die in Nederlands gesloten worden geldt dat er door de partners aan de ambtenaar van de burgerlijke stand wordt uitgesproken dat men in het huwelijk WIL treden, “Ja ik wil”, gaat het hier om een extra verklaring. Met andere woorden: een huwelijkspraktijk waar al tijden juridisch en moreel niets mis mee is, wordt nu alleen bij migranten gecriminaliseerd. Deze huwelijken zijn verdacht op basis van vermoedens, die inmiddels ter discussie staan en naar het zich laat aanzien achterhaald zijn, maar nooit onderzocht zijn. Voor allochtonen die met een verwant in de derde of vierde graad willen huwen, moet er dus twee maal verklaard worden dat men een huwelijk uit vrije wil aangaat: in een beëdigde verklaring en voor de ambtenaar. Mensen die met een niet-verwant huwen kunnen volstaan met slechts één verklaring voor de ambtenaar: ‘Ja ik wil’.
Een ander argument dat het hier gaat om symboolwetgeving is het feit dat neef nicht huwelijken in het buitenland gesloten, in Nederland erkend worden. Nederland wenst zich uiteindelijk niet buiten de internationale rechtsorde te plaatsen. Mensen die verwant zijn en willen trouwen kunnen dus in België of Duitsland terecht en waarna ze in Nederland hun huwelijk zonder problemen kunnen laten erkennen.
Tegen huwelijksdwang
Dat neemt niet weg dat maatregelen tegen huwelijksdwang genomen zouden moeten worden. In 2009 is er vanuit de Europese Unie veel aandacht aan huwelijksdwang besteed, ook in Nederland. Er zijn voorlichtingscampagnes geweest en er zijn meldpunten ingesteld. Er is discussie geweest over strafbaarstelling. In het Verenigd Koninkrijk is er een speciale vorm van hulpverlening, de forced marriage unit, in de meeste andere landen van Europa wordt de strijd tegen gedwongen huwelijken gevoerd via vrouwen- en migrantenorganisaties cq. meldpunten. In Nederland was een tussenvorm ontwikkeld met een steunpunt in Marokko en initiatieven tot uitbreiding voor Turkije. Maar het programma eer gerelateerd geweld is geëindigd en migrantenorganisaties worden gekort. De subsidie voor het SSR steunpunt in Noord-Marokko is afgestemd in de Tweede Kamer. Welk model Nederland ook kiest om huwelijksdwang tegen te gaan, het VK model met centrale unit, het model van verspreidde initiatieven door particuliere organisaties, of een tussenvorm, op dit moment is er niet veel meer over van het elan, de initiatieven en mogelijkheden tot bestrijding. Ondertussen gebruikt het kabinet huwelijksdwang als argument om migratiepolitiek te voeren.
Edien Bartels
Oka Storms
Martijn de Koning
Dr. Edien Bartels, is onderzoek aan de Vrije Universiteit en deed onder andere onderzoek naar gedwongen huwelijken en partnerkeuze. Dr. Martijn de Koning is onderzoeker aan de Radboud Universiteit Nijmegen en deed onder andere onderzoek naar partnerkeuze en gedwongen huwelijken. Momenteel is hij bezig met onderzoek naar Salafisme. MSc. Oka Storms is eveneens verbonden aan de Vrije Universiteit als onderzoeker en deed onder andere onderzoek naar partnerkeuze. Momenteel werkt zij samen met Edien Bartels aan onderzoek naar consanguine huwelijken.
Posted on October 12th, 2012 by martijn.
Categories: International Terrorism, Society & Politics in the Middle East.
Probably everyone by now has heard about the horrible story of Malala Yousafzai, the young Pakistani girl who was attacked by a Taliban faction and almost killed.
Cowards & Barbarians
In many of the comments following this atrocity, the Taliban has been labelled as crazy, fanatic, cowards and barbaric (and in some case as proof of the barbaric violent nature of Islam and/or Muslims, surely they do not mean Malala?) while Malala, defending her and other girls’ rights to go to school supported and stimulated by her father, is seen as nice, brave, strong and smart. And she is. And just as the Talibian continues to threaten her publicly she will also continue her fight, according to her father.
‘Shakira’ (and many others)
As moved as I am by Malala’s story and dumbfounded by the latest horrible action of a Taliban there is also something troubling me. It is isn’t the first girl in Pakistan that is a victim of the violence and lawlessness in the country. Consider for example ‘Shakira’:
‘Shakira‘ is the victim of a US drone attack or maybe an attack by the Pakistani army. And she is the ‘lucky one’; two other young girls were killed. ‘Shakira’ is not her real name, but one given by her care-takers. ‘Shakira’ is also ‘thankful’. But for what? Receiving medical treatment in the US after the US or its ally the Pakistani army attacked the area where she lives and after that being found? In no report we learn her real name and something about her life in Pakistan; she is completely stripped of her old identity and (how symbolically) transformed into a new person by cosmetic (and other) surgery.
Or consider the attack on a girls’ school in Waziristan.
Violence, justification and moral claims
Of course, one could argue the Taliban intended Malala to be killed while the Pakistani army or the US army did not intend to hit Shakira and the other two girls or the school in Waziristan. But that is a rather strange argument to a certain extent (although of course intentions do matter). Because that would mean that in the Taliban action the perpetrator and the violence more or less are connected while in the latter a wounded girl is only a by-product (collateral damage). And it is complete nonsense. If you target a village where people live you know you are going to hit innocent civilians, including young children. If you still choose to do so, you are fully accountable for those lives. At least according to many victims probably.
Besides the obvious double standard that is generated here in the dominant Western media one might try to go beyond that observation and ask a few questions?
Why do similar acts of violence produce different responses? How are those responses related to our relationship with the Other? (Who is the Other in these cases?) How and why does the story of ‘Shakira’ remain invisible in most of the Western press? Under what conditions are particular forms of violence (made) invisible, legitimate and legal while similar or other acts are widely disseminated and visualized in the media, illegimate and illegal? What kind of moral claims are related to the possible answers of the former question? How does gender fit in all of this?
Life under the mosquitoes
And do are particular acts of violence and threat influence daily life? Will there something like an ‘everday threat’ whereby people incorporate the idea of a possible violent act into their daily lives as they do with something like bad weather? How does that influence how people see themselves and others? Because, yes, Malala’s life will remain under threat. But not only from the Taliban, and not only her life. ‘Shakira’ on the other hand, if she can stay in the US, will probably be safer. The reality of the ongoing War on Terror is that a girl’s life in Pakistan, is by definition under threat. If not by the Taliban, then by the US or the Pakistani army.
Posted on October 12th, 2012 by martijn.
Categories: International Terrorism, Society & Politics in the Middle East.
Probably everyone by now has heard about the horrible story of Malala Yousafzai, the young Pakistani girl who was attacked by a Taliban faction and almost killed.
Cowards & Barbarians
In many of the comments following this atrocity, the Taliban has been labelled as crazy, fanatic, cowards and barbaric (and in some case as proof of the barbaric violent nature of Islam and/or Muslims, surely they do not mean Malala?) while Malala, defending her and other girls’ rights to go to school supported and stimulated by her father, is seen as nice, brave, strong and smart. And she is. And just as the Talibian continues to threaten her publicly she will also continue her fight, according to her father.
‘Shakira’ (and many others)
As moved as I am by Malala’s story and dumbfounded by the latest horrible action of a Taliban there is also something troubling me. It is isn’t the first girl in Pakistan that is a victim of the violence and lawlessness in the country. Consider for example ‘Shakira’:
‘Shakira‘ is the victim of a US drone attack or maybe an attack by the Pakistani army. And she is the ‘lucky one’; two other young girls were killed. ‘Shakira’ is not her real name, but one given by her care-takers. ‘Shakira’ is also ‘thankful’. But for what? Receiving medical treatment in the US after the US or its ally the Pakistani army attacked the area where she lives and after that being found? In no report we learn her real name and something about her life in Pakistan; she is completely stripped of her old identity and (how symbolically) transformed into a new person by cosmetic (and other) surgery.
Or consider the attack on a girls’ school in Waziristan.
Violence, justification and moral claims
Of course, one could argue the Taliban intended Malala to be killed while the Pakistani army or the US army did not intend to hit Shakira and the other two girls or the school in Waziristan. But that is a rather strange argument to a certain extent (although of course intentions do matter). Because that would mean that in the Taliban action the perpetrator and the violence more or less are connected while in the latter a wounded girl is only a by-product (collateral damage). And it is complete nonsense. If you target a village where people live you know you are going to hit innocent civilians, including young children. If you still choose to do so, you are fully accountable for those lives. At least according to many victims probably.
Besides the obvious double standard that is generated here in the dominant Western media one might try to go beyond that observation and ask a few questions?
Why do similar acts of violence produce different responses? How are those responses related to our relationship with the Other? (Who is the Other in these cases?) How and why does the story of ‘Shakira’ remain invisible in most of the Western press? Under what conditions are particular forms of violence (made) invisible, legitimate and legal while similar or other acts are widely disseminated and visualized in the media, illegimate and illegal? What kind of moral claims are related to the possible answers of the former question? How does gender fit in all of this?
Life under the mosquitoes
And do are particular acts of violence and threat influence daily life? Will there something like an ‘everday threat’ whereby people incorporate the idea of a possible violent act into their daily lives as they do with something like bad weather? How does that influence how people see themselves and others? Because, yes, Malala’s life will remain under threat. But not only from the Taliban, and not only her life. ‘Shakira’ on the other hand, if she can stay in the US, will probably be safer. The reality of the ongoing War on Terror is that a girl’s life in Pakistan, is by definition under threat. If not by the Taliban, then by the US or the Pakistani army.
Posted on October 10th, 2012 by martijn.
Categories: Activism, Society & Politics in the Middle East.
This week is the Nobel Peace Price 2012 will be awarded. France24 spoke with last year’s laureate: Tawakkol Karman from Yemen. Christophe Robeet speaks to Tawakkol Karman during the first edition of the World Forum for Democracy in Strasbourg. The young icon of the Yemeni uprising criticises the world’s weak response to the Syrian crisis and says she dreams of the day Bashar al-Assad will be brought before the ICC. She also explains why Yemen has become a better place since Ali Abdullah Saleh agreed to relinquish power.
Posted on October 5th, 2012 by martijn.
Categories: Activism, Multiculti Issues, Notes from the Field, Public Islam.
Diverse islamitische organisaties in Amsterdam Nieuw-West slaan de handen ineen om zich in te zetten voor betere humanitaire omstandigheden in het tentenkamp in de wijk. In dit tentenkamp bivakkeren enkele tientallen uitgeprocedeerde asielzoekers onder schrijnende omstandigheden. De groep bestaat uit volwassen mannen, maar ook kinderen en (zwangere) vrouwen. De samenwerkende islamitische organisaties hopen te voorzien in warme maaltijden, betere kleding en betere beschutting om de asielzoekers een meer menswaardig verblijf te kunnen geven.
“We zien in de media dat diverse politieke partijen hun handen aftrekken van deze groep mensen en hen letterlijk in de kou laten staan. De discussie gaat dan vooral over de reden van het protest,” zo stelt Nourdeen Wildeman van Stichting OntdekIslam. “Wij vinden dat wij als medemensen een verantwoordelijkheid dragen voor de minimale humanitaire voorzieningen, ongeacht ons standpunt over de inhoud van het protest. Wij zien kinderen, zwangere vrouwen en anderen in omstandigheden die een groot risico vormen voor de gezondheid.”
Onderdeel van de actie is een inzamelingsactie. Mensen worden opgeroepen een donatie te doen naar Stichting OntdekIslam via rekeningnummer 27.13.967 onder vermelding van ‘tentenkamp’. Via de website ontdekislam.nl zullen foto’s worden verspreid van de geleverde hulp.
De islamitische organisaties die zich inzetten voor het welzijn van de asielzoekers zijn onder andere de Blauwe Moskee uit Slotervaart, de Suleymaniye Moskee in Osdorp, Stichting OntdekIslam, het Landelijk Platform Nieuwe Moslims en diverse betrokken individuen. “Wij nodigen iedere andere (religieuze) organisatie uit om zich bij ons aan te sluiten – islamitisch of niet – zodat we ons kunnen inzetten voor onze medemens,” benadrukt Wildeman. “Wij bieden ook hulp aan alle bewoners van het kamp, ongeacht verblijfstatus, nationaliteit of religieuze achtergrond. Wij nemen als burgers onze verantwoordelijkheden en doen wat we kunnen. We hopen dat burgemeester van der Laan dat tijdens de beraadslaging vanavond ook zal doen.”
Deze informatie is afkomstig van een persbericht
Posted on October 5th, 2012 by martijn.
Categories: Activism, Multiculti Issues, Notes from the Field, Public Islam.
Diverse islamitische organisaties in Amsterdam Nieuw-West slaan de handen ineen om zich in te zetten voor betere humanitaire omstandigheden in het tentenkamp in de wijk. In dit tentenkamp bivakkeren enkele tientallen uitgeprocedeerde asielzoekers onder schrijnende omstandigheden. De groep bestaat uit volwassen mannen, maar ook kinderen en (zwangere) vrouwen. De samenwerkende islamitische organisaties hopen te voorzien in warme maaltijden, betere kleding en betere beschutting om de asielzoekers een meer menswaardig verblijf te kunnen geven.
“We zien in de media dat diverse politieke partijen hun handen aftrekken van deze groep mensen en hen letterlijk in de kou laten staan. De discussie gaat dan vooral over de reden van het protest,” zo stelt Nourdeen Wildeman van Stichting OntdekIslam. “Wij vinden dat wij als medemensen een verantwoordelijkheid dragen voor de minimale humanitaire voorzieningen, ongeacht ons standpunt over de inhoud van het protest. Wij zien kinderen, zwangere vrouwen en anderen in omstandigheden die een groot risico vormen voor de gezondheid.”
Onderdeel van de actie is een inzamelingsactie. Mensen worden opgeroepen een donatie te doen naar Stichting OntdekIslam via rekeningnummer 27.13.967 onder vermelding van ‘tentenkamp’. Via de website ontdekislam.nl zullen foto’s worden verspreid van de geleverde hulp.
De islamitische organisaties die zich inzetten voor het welzijn van de asielzoekers zijn onder andere de Blauwe Moskee uit Slotervaart, de Suleymaniye Moskee in Osdorp, Stichting OntdekIslam, het Landelijk Platform Nieuwe Moslims en diverse betrokken individuen. “Wij nodigen iedere andere (religieuze) organisatie uit om zich bij ons aan te sluiten – islamitisch of niet – zodat we ons kunnen inzetten voor onze medemens,” benadrukt Wildeman. “Wij bieden ook hulp aan alle bewoners van het kamp, ongeacht verblijfstatus, nationaliteit of religieuze achtergrond. Wij nemen als burgers onze verantwoordelijkheden en doen wat we kunnen. We hopen dat burgemeester van der Laan dat tijdens de beraadslaging vanavond ook zal doen.”
Deze informatie is afkomstig van een persbericht
Posted on October 4th, 2012 by martijn.
Categories: Activism, Religion Other, Research International.
Materiality, Mediation and the Study of Religion
On 19 October 2012 Prof. Birgit Meyer (professor of Religious Studies) will be giving her inaugural lecture on ‘Mediation and the Genesis of Presence. Towards a Material Approach of Religion.’ This will be the concluding contribution to a conference on ‘Materiality, Mediation, and the Study of Religion’, held on 18-19 October in Utrecht.
Department of Religious Studies and Theology, Faculty of Humanities, Utrecht University
Convener: Birgit Meyer
18 & 19 October 2012
Instead of having become obsolete through modernization and secularization, religion has continued unabated to transform into new varieties and this poses major theoretical challenges for its study. The central aim of this symposium is to contribute to developing new perspectives for the study of religion from the angle of materiality and mediation. Taking as a starting point that religion is a mundane as well as world-making social-cultural phenomenon, the main concern of the symposium is to explore how religion becomes concrete and palpable through people, their practices and use of things, and is part and parcel of politico-aesthetic power structures.
This symposium places center stage bodies, pictures, objects, and texts – all pivotal for processes of (religious) world-making. Being authorized as material media with a certain task and purpose, bodies, pictures, objects, and texts are located right at the heart of current inquiries into the interface of “materiality” and “mediation.” They are embedded in sets of practices and modes of sensation and experience. Bringing together scholars with different disciplinary backgrounds, this symposium is envisioned as a multidisciplinary platform for debating and rethinking the study of religion in our time.
Attendance to the symposium is free, but it is necessary to register because the number of seats is limited. Please send an e-mail to Jeannette Boere, Trans 14, 3512 JK Utrecht, tel. 030 – 253 2079) a.c.m.boere@uu.nl.
Program (subject to revision)
18 October 2012
Venue: Sweelinckzaal, Drift 21, Utrecht University
9.15-9.30: Welcome
BODIES
9.30-10.45
Mattijs van de Port Religion and the Body-That-Cannot-Be-Told
Anne-Marie Korte Dis/closed Bodies: Gender and Sexuality as Markers of Contemporary Religious Controversies
Discussant: Marleen de Witte
11.00-12.15
Christian Lange Singing, Touching and Eating the Qur??n: Bodily and Material Aspects of Scripture in Islamic traditions
Jojada Verrips Speaking and Singing, or how Orthodox Calvinists Tune Their Bodies
Discussant: Petra Gehring
12.15-13.45: Lunch
PICTURES
13.45-15.00
David Morgan, Religious Studies, Networking Vision: Ways of Seeing and the Study of Religious Visuality
Bob Becking Materializing the Divine in Ancient Israel
Discussant: Alexandra Grieser
15.15-16.30
Christiane Kruse How to Believe in Contemporary Art? The Question of Spirit in Works of Annish Kapoor and Olafur Eliasson
Ann-Sophie Lehman A Hair’s Breadth: Interstices between Medium, Body and Belief in Jan van Eyck’s Adam and Eve Panels of the Ghent Altarpiece
Discussant: Simon O’ Meara
OBJECTS I
16.45-18.00
Peter van der Veer What if Everything is Destroyed? Iconoclasm and Embodied Memory
Patricia Spyer Special Effects: Scale, Animacy, Presence
Discussant: Peter Pels
19 October 2012
Venue: Academiegebouw, Domplein, Utrecht University
OBJECTS II
9.30-10.45
Jo Spaans Beneath the Pulpit. Church Buildings and How They Shaped Protestant Religion from the Seventeenth Century to the Present
Matthew Engelke “Not Mine, not Mine”: On the Coffin Question in Humanist Funerals
Discussant: Joris van Eijnatten
TEXTS
11.00-12.15
Patrick Eisenlohr Materialities of Religious Discourse
Terje Stordalen Emancipating Bodies, Artefacts, and Figurations from the Textual Gaze
Discussant: Eric Ottenheijm
12.15-13.45 lunch
13.45-15.00
Pamela Klassen Cosmologies of Mediation: How Stories and their Tellings Make the World
Ann Rigney Materialising Memories? Objects, Narratives and the Disappeared
Discussant: Johan Goud
16.15-17.00 Inaugural lecture Birgit Meyer: Mediation and the Genesis of Presence. Towards a Material Approach of Religion
Posted on October 4th, 2012 by martijn.
Categories: Activism, Religion Other, Research International.
Materiality, Mediation and the Study of Religion
On 19 October 2012 Prof. Birgit Meyer (professor of Religious Studies) will be giving her inaugural lecture on ‘Mediation and the Genesis of Presence. Towards a Material Approach of Religion.’ This will be the concluding contribution to a conference on ‘Materiality, Mediation, and the Study of Religion’, held on 18-19 October in Utrecht.
Department of Religious Studies and Theology, Faculty of Humanities, Utrecht University
Convener: Birgit Meyer
18 & 19 October 2012
Instead of having become obsolete through modernization and secularization, religion has continued unabated to transform into new varieties and this poses major theoretical challenges for its study. The central aim of this symposium is to contribute to developing new perspectives for the study of religion from the angle of materiality and mediation. Taking as a starting point that religion is a mundane as well as world-making social-cultural phenomenon, the main concern of the symposium is to explore how religion becomes concrete and palpable through people, their practices and use of things, and is part and parcel of politico-aesthetic power structures.
This symposium places center stage bodies, pictures, objects, and texts – all pivotal for processes of (religious) world-making. Being authorized as material media with a certain task and purpose, bodies, pictures, objects, and texts are located right at the heart of current inquiries into the interface of “materiality” and “mediation.” They are embedded in sets of practices and modes of sensation and experience. Bringing together scholars with different disciplinary backgrounds, this symposium is envisioned as a multidisciplinary platform for debating and rethinking the study of religion in our time.
Attendance to the symposium is free, but it is necessary to register because the number of seats is limited. Please send an e-mail to Jeannette Boere, Trans 14, 3512 JK Utrecht, tel. 030 – 253 2079) a.c.m.boere@uu.nl.
Program (subject to revision)
18 October 2012
Venue: Sweelinckzaal, Drift 21, Utrecht University
9.15-9.30: Welcome
BODIES
9.30-10.45
Mattijs van de Port Religion and the Body-That-Cannot-Be-Told
Anne-Marie Korte Dis/closed Bodies: Gender and Sexuality as Markers of Contemporary Religious Controversies
Discussant: Marleen de Witte
11.00-12.15
Christian Lange Singing, Touching and Eating the Qur??n: Bodily and Material Aspects of Scripture in Islamic traditions
Jojada Verrips Speaking and Singing, or how Orthodox Calvinists Tune Their Bodies
Discussant: Petra Gehring
12.15-13.45: Lunch
PICTURES
13.45-15.00
David Morgan, Religious Studies, Networking Vision: Ways of Seeing and the Study of Religious Visuality
Bob Becking Materializing the Divine in Ancient Israel
Discussant: Alexandra Grieser
15.15-16.30
Christiane Kruse How to Believe in Contemporary Art? The Question of Spirit in Works of Annish Kapoor and Olafur Eliasson
Ann-Sophie Lehman A Hair’s Breadth: Interstices between Medium, Body and Belief in Jan van Eyck’s Adam and Eve Panels of the Ghent Altarpiece
Discussant: Simon O’ Meara
OBJECTS I
16.45-18.00
Peter van der Veer What if Everything is Destroyed? Iconoclasm and Embodied Memory
Patricia Spyer Special Effects: Scale, Animacy, Presence
Discussant: Peter Pels
19 October 2012
Venue: Academiegebouw, Domplein, Utrecht University
OBJECTS II
9.30-10.45
Jo Spaans Beneath the Pulpit. Church Buildings and How They Shaped Protestant Religion from the Seventeenth Century to the Present
Matthew Engelke “Not Mine, not Mine”: On the Coffin Question in Humanist Funerals
Discussant: Joris van Eijnatten
TEXTS
11.00-12.15
Patrick Eisenlohr Materialities of Religious Discourse
Terje Stordalen Emancipating Bodies, Artefacts, and Figurations from the Textual Gaze
Discussant: Eric Ottenheijm
12.15-13.45 lunch
13.45-15.00
Pamela Klassen Cosmologies of Mediation: How Stories and their Tellings Make the World
Ann Rigney Materialising Memories? Objects, Narratives and the Disappeared
Discussant: Johan Goud
16.15-17.00 Inaugural lecture Birgit Meyer: Mediation and the Genesis of Presence. Towards a Material Approach of Religion
Posted on October 2nd, 2012 by martijn.
Categories: Activism, islamophobia, Notes from the Field, Public Islam.
Afgelopen weekend organiseerde OntdekIslam samen met het Landelijk Platform Nieuwe Moslims (LPNM) een zogenaamd dawah weekend in Brabant. Spreker tijdens dit driedaagse kamp was Fadel Soliman, voorzitter van Bridges Foundation (recent interview met hem: Deel1 en deel 2). Nee, u krijgt van mij hier geen verslag ook al had ik het voorrecht er twee dagen bij te zijn. Ik beschouw het niet als ‘public event’ en daarmee is het niet geschikt voor een verslag op dit blog. Een verslag in op Al Jazeera Arabisch vindt u HIER.
flyer dawa training
Wat inmiddels wel publiek is, en daarom ook hier, is het slotgesprek van Fadel Soliman met ‘joods-christelijk’ pastor Ben Kok. Deze pastor publiceerde een tijdje terug zijn DVD Islam en Waarheid. U ziet hier de trailer en let even op bij 4.50min:
Ben Kok interviewde Fadel Soliman al eerder in juni 2010:
In het interview tijdens het dawah-weekend confronteerde Soliman Ben Kok met een fragment uit zijn DVD dat u in de trailer op 4.50 min kunt zien: het gaat om een hond die dichtbij de Qur’an komt. Soliman vroeg hem of hij het was die de hond aan de Qur’an likte waarop Ben Kok stelde dat de hond alleen dichtbij de Qur’an was (en het boek niet likte) en dat het doel was om te laten zien dat de Qur’an ook maar een gewoon boek was net als de Bijbel. Hieronder ziet u het interview zoals geplaatst op het youtube kanaal van Bridges Foundation:
En hier ziet u het gebeuren zoals in beeld gebracht door twee mensen die met Ben Kok meekwamen:
Interessant verschil in cameravoering overigens
Hier leest u het verslag van Ben Kok: HIER.
U ziet dat de aanwezigen met de heer Soliman vertrekken (nou ja na eerst keurig opgeruimd te hebben). Veel reacties die ik hierop gehoord en gezien heb zijn positief voor Soliman hoewel er ook mensen zijn die zich afvragen waarom Ben Kok überhaupt was uitgenodigd. Al met al kun je stellen dat Soliman niet alleen vertelt over hoe je dawah moet doen, maar het ook heeft voorgedaan en heeft voorgedaan waar, althans voor hem, de grens ligt. Op zijn manier geldt dit ook voor Ben Kok. Hij wil vertellen dat de islam de wereld overneemt en met dit gesprek probeert hij dit ook te laten zien.
UPDATE
Zie ook het blog van Carel Brendel: Harde woorden in Brabant, mooi-weer-praatjes in Brussel
En van Peter Frans Koops (met wie ik na afloop van het gesprek tussen Soliman en Kok nog een kort interessant gesprek had): De ware aard van de islam.
Zorgwekkend is het blog EJBron waar één zelfs oproept tot geweld in een reactie op een stuk Martien Pennings: Ben Kok werd uitgenodigd voor een typische islamdialoog
Posted on October 2nd, 2012 by martijn.
Categories: Activism, islamophobia, Notes from the Field, Public Islam.
Afgelopen weekend organiseerde OntdekIslam samen met het Landelijk Platform Nieuwe Moslims (LPNM) een zogenaamd dawah weekend in Brabant. Spreker tijdens dit driedaagse kamp was Fadel Soliman, voorzitter van Bridges Foundation (recent interview met hem: Deel1 en deel 2). Nee, u krijgt van mij hier geen verslag ook al had ik het voorrecht er twee dagen bij te zijn. Ik beschouw het niet als ‘public event’ en daarmee is het niet geschikt voor een verslag op dit blog. Een verslag in op Al Jazeera Arabisch vindt u HIER.
flyer dawa training
Wat inmiddels wel publiek is, en daarom ook hier, is het slotgesprek van Fadel Soliman met ‘joods-christelijk’ pastor Ben Kok. Deze pastor publiceerde een tijdje terug zijn DVD Islam en Waarheid. U ziet hier de trailer en let even op bij 4.50min:
Ben Kok interviewde Fadel Soliman al eerder in juni 2010:
In het interview tijdens het dawah-weekend confronteerde Soliman Ben Kok met een fragment uit zijn DVD dat u in de trailer op 4.50 min kunt zien: het gaat om een hond die dichtbij de Qur’an komt. Soliman vroeg hem of hij het was die de hond aan de Qur’an likte waarop Ben Kok stelde dat de hond alleen dichtbij de Qur’an was (en het boek niet likte) en dat het doel was om te laten zien dat de Qur’an ook maar een gewoon boek was net als de Bijbel. Hieronder ziet u het interview zoals geplaatst op het youtube kanaal van Bridges Foundation:
En hier ziet u het gebeuren zoals in beeld gebracht door twee mensen die met Ben Kok meekwamen:
Interessant verschil in cameravoering overigens
Hier leest u het verslag van Ben Kok: HIER.
U ziet dat de aanwezigen met de heer Soliman vertrekken (nou ja na eerst keurig opgeruimd te hebben). Veel reacties die ik hierop gehoord en gezien heb zijn positief voor Soliman hoewel er ook mensen zijn die zich afvragen waarom Ben Kok überhaupt was uitgenodigd. Al met al kun je stellen dat Soliman niet alleen vertelt over hoe je dawah moet doen, maar het ook heeft voorgedaan en heeft voorgedaan waar, althans voor hem, de grens ligt. Op zijn manier geldt dit ook voor Ben Kok. Hij wil vertellen dat de islam de wereld overneemt en met dit gesprek probeert hij dit ook te laten zien.
UPDATE
Zie ook het blog van Carel Brendel: Harde woorden in Brabant, mooi-weer-praatjes in Brussel
En van Peter Frans Koops (met wie ik na afloop van het gesprek tussen Soliman en Kok nog een kort interessant gesprek had): De ware aard van de islam.
Zorgwekkend is het blog EJBron waar één zelfs oproept tot geweld in een reactie op een stuk Martien Pennings: Ben Kok werd uitgenodigd voor een typische islamdialoog
Posted on October 1st, 2012 by martijn.
Categories: Activism, Arts & culture, islamophobia, Notes from the Field, Public Islam, Society & Politics in the Middle East.