De opstanden in de Arabische pers III – Bahrein

Posted on February 21st, 2011 by martijn.
Categories: De Arabische Pers, Guest authors.

Guest Author: Roel Meijer

Bahrein

De laatste paar dagen is een stortvloed aan interessante westerse commentaren verschenen over de situatie in Bahrein. Dit is een kleine bloemlezing daaruit. De opstand in Bahrein is uniek, zoals alle opstanden van elkaar verschillen. Maar het interessante van Bahrein is niet zozeer dat de 5de vloot van de Amerikanen er zijn thuisbasis heeft, of zelfs dat de meerderheid van de bevolking shi‘iet is (tussen 60 en 70 procent) en de heerschappij is in handen van de soennieten en het koningshuis, de Al Khalifa —twee zaken die voordturend benadrukt worden. Interessant is juist dat er al een tijd ontwikkelingen aan de gang zijn. In tegenstelling tot Egypte waren er in oktober 2010 tamelijke vrije verkiezingen die door de Wifaq Partij gewonnen werd (18 van de 40 zetels). In 2005 deed deze partij voor het eerst mee aan verkiezingen nadat politieke hervormingen waren doorgevoerd. Na het bloedbad van afgelopen donderdag is de Wifaq Partij uit het parlement getreden.

Daarnaast is, in tegenstelling tot Egypte, de shi’ietische oppositie gesplitst tussen de gematigde Wifaq Partij, geleid door sheikh Ali Salman, en de radicalere al-Haqq beweging. Omdat de eerste zo weinig concessies heeft losgekregen de afgelopen jaren wordt de partij door met name de shi’ietische jeugd—die ook hier zeer actief is—als te slap beschouwd. Het is de laatste groep die de demonstraties en bezetting van het Parelplein heeft georganiseerd in centraal Manama op 16-17 februari die zo bloedig uit elkaar zijn geslagen door het leger. Hierbij vielen 5 doden; in ieder geval één persoon werd geëxecuteerd—anderen werden in hun slaap doodgeschoten met hagel. Gedurende het afgelopen jaar zouden leden van de Haqq beweging opgepakt zijn en gemarteld.

Een ander verschil met Egypte is dat het koningshuis verdeeld is in twee kampen. Aan de ene kant staat de “verlichte koning”, Hamad bin Issa Al Khalifa (vanaf 1999 op de troon) samen met zijn zoon, kroonprins Salman bin Hamad Al Khalifa. Aan de andere kant staat de conservatieve premier, de koning’s oom, Khalifa bin Salman Al Khalifa (aan de macht vanaf 1971) en een kliek om hem heen die alle belangrijkste posten in handen heeft: binnenlandse zaken, defensie, buitenlandse zaken. De conservatieve factie vindt ondersteuning van de Bahreinse Salafi beweging.

De Bahrein kenner Olivier Da Lage denkt dat vooral de premier achter de aanval van het huurleger en de politie zit. De premier zou daarin gesteund zijn door Saoedi-Arabië die onder geen enkel beding een situatie wil laten ontstaan zoals op Tahrir plein in Caïro dat 18 dagen is bezet. De Saoedi’s zijn vooral bang voor de eigen shi‘ietische bevolking (tussen de 5 en 11 % van de bevolking) die in het aangrenzende gebied woont met Qatif en Dammam als belangrijkste plaatsen, en waar de belangrijkste olievoorraden van het land zich bevinden. Een ander verschil met Egypte is de samenstelling van het leger dat eigenlijk een huurleger is dat uit Pakistani en andere buitenlanders bestaat, en in tegenstelling tot het conscriptie leger in Egypte geen enkele band heeft met de bevolking en uitsluitend een verlengstuk is van het regime—vooral de premier.

Afgezien van deze verschillen met Egypte zijn alle commentatoren het erover eens dat de eisen dezelfde zijn: eerlijke verkiezingen, gelijkheid voor de wet, einde van corruptie. Kenmerkend is de nationalistische inslag van de demonstraties en het streven het sektarisme en vooral de discriminatie van shi’ieten door het Salafisme op te heffen. Eén van de leuzen was “Geen Sunni, geen Shi‘a, alleen Bahreini”. Dit is geen nieuwe ontwikkeling. Al vanaf de jaren negentig is de shi’itische oppositie in Bahrein en Saoedi-Arabië sterk beïnvloed door liberale ideeën. Zie bijvoorbeeld de websites van de vroegere Saoedische shi’ietische leider Hasan al-Saffar, Tawfiq al-Saif en Muhammad Mahfuz. De Wifaq partij is voorstander van een constitutionele monarchie, de al-Haqq beweging zou na het bloedbad het aftreden eisen van de gehele Khalifa familie.

Inmiddels is het Parelplein opnieuw bezet door demonstranten en schijnen er onderhandelingen plaats te vinden tussen de Wifaq leider Ali Salman en het regime. Maar volgens Olivier Da Lage zal de uitkomst vooral bepaald worden door de interne strijd binnen het koningshuis. Een belangrijke eis van de demonstranten zal het vertrek van de premier zijn, Khalifa. Mocht hij toch de controle verwerven over het leger en geen gehoor geven aan de oppositie dan kan nog een bloedbad volgen. De Amerikanen gaan ervan uit dat een compromis gesloten wordt in het kleine land (500.000m inwoners). Vooralsnog is er geen sprake van anti-Amerikanisme (zo werden bijvoorbeeld geen Amerikaanse vlaggen verbrand) net zo min als van een pro-Iraanse houding, maar de hulp van Iran kan worden ingeroepen als de botsingen tussen leger en betogers uit de hand lopen.

Saoedische pers over Bahrein
Opvallend is dat Saoedische pers weinig te melden heeft over de situatie in Bahrein. Het liberale al-Watan heeft één artikel over de begrafenis van de slachtoffers van 18 februari. ‘Ukaz en al-Riyadh hebben niet één artikel over Bahrein. Al-Sharq al-Awsat, dat in Londen uitkomt, heeft evenmin veel te melden over Bahrein. Hieruit blijkt weer dat de machtige Saoedische pers tekort schiet wanneer het kwesties betreft die Saoedische belangen direct aangaan.

Saoedische pers over Egypte
De Saoedische pers heeft daarentegen opvallend neutraal gereageerd op de gebeurtenissen in Egypte. Al-Riyad heeft het over de 25 januari revolutie en analyseert de eisen van de demonstranten tijdens de massale herdenking van het verdwijnen van Mubarak op het Tahrir plein op 18 februari. Andere maatregelen, zoals die van de Hoogste Raad van Militairen om het parlement te ontbinden, worden gewoon genoemd.

Egypte
Vandaag heeft de Egyptische Raad van State/Conseil d’état (Majlis al-Dawla) bekend gemaakt dat eindelijk na 15 jaar de Hizb al-Wasat is gelegaliseerd. Ze verklaarde de laatste uitspraak van de speciale commissie van de Senaat (Majlis al-Shura) van 2009 ongeldig—het zou in strijd zijn met de geest van de grondwet (!). De Hizb al-Wasat is een liberale afsplitsing van de Moslim Broederschap, die in 1995 werd opgericht door een jonge generatie intellectuelen die genoeg had van de ondemocratische structuur van de partij en de gerichtheid op de shari ‘a. Het opvallende van de partij was dat ze kopten als leden had. Dat kwam doordat ze een inclusief beeld had van de islam, dat zij zag als een “cultuur/civilisatie” eerder dan een wet. Christenen konden lid worden van de partij omdat christenen in het verleden een cruciale bijdrage hadden geleverd aan de islamitische cultuur.

1 comment.

De opstanden in de Arabische pers II

Posted on February 20th, 2011 by martijn.
Categories: De Arabische Pers, Guest authors.

Roel Meijer maakt voor Closer een overzicht van de berichtgeving over de Arabische opstanden in de Arabische pers.

Optimisten
De onderzoekers naar de Arabische revolutie zijn verdeeld in optimisten en pessimisten. Maar iedereen is het erover eens dat het jaren zal duren voordat er een democratie gevestigd is. Hier een paar commentaren van optimisten. Adrian Crewe is een optimist. Hij zegt dat de democratische krachten niet genegeerd kunnen worden, maar dat er nog een lange strijd te wachten staat. Hij geeft een volledige lijst van eisen van de hervormers. Richard N. Haass, hoofd van het Amerikaanse prestigieuze Council on Foreign Relations, maakt de belangrijke opmerking dat timing van cruciaal belang is bij revoluties. Als Mubarak eerder had aangekondigd dat hij niet deel zou nemen aan presidentsverkiezingen, of eerder had afgetreden zou de coalitie niet zo sterk zijn geweest en was het leger hier sterker uit gekomen. Hij zegt dat de lange weg naar hervormingen gunstig kan zijn: het geeft civil society en nieuwe krachten de tijd zich te ontwikkelen. De Moslim Broederschap is nu in het voordeel omdat ze al zo’n lange ervaring heeft. Hij is bang voor splitsingen in de oppositie. Een recente analyse van Nathan Brown (17 febr.) van Carnegie Endowment is optimistisch en tegelijkertijd realistisch. Hij stelt dat het heel goed mogelijk is dat de grondwet slechts geringe veranderingen ondergaat, maar dit zou al een enorm verschil uitmaken als er geen meerderheidspartij is zoals de NDP van Mubarak. Hij vindt dat er al enorme veranderingen nu doorgevoerd worden. Egyptenaren zetten nu al directeuren van bedrijven af, kiezen nieuwe vakbondsleiders en hoofdredacteuren.

Pessimisten
De pessimisten bestaan vooral uit die commentatoren die zeggen dat het leger te sterk is en dat het regime nog helemaal in tact is. Robert Springborg, die al in de jaren tachtig een boek schreef over Mubarak, Egypt under Mubarak, behoort tot die groep. Op 2 februari schreef hij een kritisch stuk hoe het regime de oppositie zou verslaan. Daar is tot nu toe nog niets van terecht gekomen, maar het kan nog gebeuren. Als geen ander heeft hij inzicht in de militaire belangen in Egypte. Hij schat het aandeel van militairen bedrijven in het BNP op tussen 5 en 40 %. Dat loopt nogal uiteen, maar als het tweede cijfer zou kloppen is dat immens. Steven Cook die een boek heeft geschreven over militaire regimes in Turkije en Egypte, wijst op de verschillen tussen Egypte en Turkije. Hij heeft zeker gelijk dat in de jaren tachtig het Turkse leger veel repressiever was dan nu in Egypte. Marc Lynch is ook een goede bron in deze. Hij behoort tot de best geïnformeerde onderzoekers, die de laatste tijd meer bezig is “well-connected” te zijn met de hogere regionen van de Amerikaanse politiek, dan met wetenschap beoefenen. In zekere zin komt nu eindelijk zijn voorspelling uit dat de “Arab street” sinds Al Jazeera een rol gaat spelen. Op 3 febr. maakte hij al goede opmerkingen over de Amerikaanse politieke invloed en de rol van het leger. Een andere commentator is Abdurrahman Al-Shayyal. Zijn artikelen over het leger waren altijd goed. Veel van de speculatie over de rol van het Egyptische leger is gebaseerd op het WIKILEAKS “cable” van de Amerikaanse ambassade in Egypte over het leger en de ontevredenheid van de lagere en midden-kader over de leiding.

Moslim Broederschap
Veel pessimisten zien de Moslim Broederschap als het grootste gevaar voor de democratie in Egypte. Het argument is dat de MB beter georganiseerd is dan andere groeperingen. Dat is waarschijnlijk zo maar er spelen veel meer factoren een rol, zoals haar strategie, leiderschap, aanhang, vooral onder jongeren. Een van de best ingewijde commentatoren is de Egyptische Hussam Tamam, die in het Arabisch verschillende boeken heeft geschreven over de beweging. Af en toe worden zijn artikelen in het Engels vertaald en op de site van Carnegie Endowment gezet, sowieso de beste site over Egypte en de islamitische beweging. Zo ook dit artikel over de verklaring waarom de Moslim Broederschap zo traag heeft gereageerd op de laatste ontwikkelingen.
Het Palestijnse dagblad al-Quds al-‘Arabi meldt dat de Moslim Broederschap gisteren heeft aangekondigd dat ze haar mening over het vredesverdrag met Israël niet aan het volk zal opleggen. Isam al-Iryan, lid van de leidinggevende raad (Maktab al-Irshad), zei dat de Moslim Broederschap daar niet alleen over kon beslissen: “niemand kan het verdrag met een pennenstreep beëindigen.” Gisteren had de Moslim Broederschap al aangekondigd dat ze geen kandidaat zal stellen voor het presidentschap. De beroemde Egyptische geestelijke Yusuf al-Qaradawi, die volgens velen lid is van de Moslim Broederschap en in Qatar woont, sprak ter gelegenheid van de herdenkingsbijeenkomst van het vetrek van Mubarak op het Tahrir plein. Opvallend was zijn oproep tot het wegsturen van de huidige militaire regering en het instellen van een regering van nationale eenheid. Ook zouden alle politieke gevangenen vrijgelaten moeten worden. Tevens bendrukte hij de religieuze eenheid in Egypte door de revolutie van 25 januari de gezamenlijke revolutie van moslims en christenen te noemen (Al-Quds al-Arabi, 19-20 februari 2011., p. 2).

Het Egyptische dagblad al-Shuruq, drukt een fascinerend interview af met de tweede man van de Moslim Broederschap Rashad al-Bayumi, die een paar dagen voor het vertrek van Mubarak nog een gesprek aanging met Umar Sulayman over de toekomst van Egypte. In dit interview ging hij in op het plan een politieke partij op te richten. Hij zei: “politiek is een deel van de werkzaamheden van de MB; en de partij is slechts een onderdeel van de gehele politiek van de Moslim Broederschap.” Hij zei verder dat ook kopten lid konden worden van de nieuwe partij.

Verder ging hij in op het andere kritiekpunt op de Broederschap, het verbod op de kandidatuur van kopten en vrouwen voor het presidentschap, een issue waarvoor de Broederschap in 2007 zware kritiek te verduren kreeg toen haar voorlopige partijprogram uitlekte en waaraan de Carnegie Endowment een studie heeft gewijd. Blijkbaar is het punt nog niet opgelost want al-Bayumi’s antwoord was ontwijkend. Hij zei dat het een kwestie is van fiqh (islamitische jurisprudentie) waar specialisten zich over moeten buigen. Tevens herhaalde hij het standpunt dat “de Moslim Broederschap haar mening niet aan het Egyptische volk zal opleggen.” Op de vraag of de Broederschap haar mening aanpaste aan internationale druk zei al-Bayumi dat “er geen onwrikbare meningen bij de Broederschap bestaan en dat alle meningen herzien kunnen worden.”

Over de relatie tussen de nieuwe partij en de moederorganisatie zei hij dat de organisatie vele afdelingen heeft, en dat die tamelijk autonoom mogen opereren. Dit zou ook gelden voor de toekomstige politieke partij, maar uit de rest van het antwoord werd duidelijk dat de relatie hecht zou zijn en de organisatie controle zou uitoefenen op de partij. Interessant is dat hij het streven naar een islamitische staat volledig afwees, als “een vreemd idee”. Hij benadrukte dat alle groeperingen geaccepteerd zullen worden, seculieren, links, etc. Hij stelt dat de Moslim Broederschap een “civiele staat” nastreeft gebaseerd op “religieuze grondslag ”(al-marja‘iyya al-islamiyya). In die zin moet art. 2 van de grondwet (de shari ‘a is de hoofdbron van alle wetgeving) gehandhaafd blijven. Dit was overigens ook de mening van Tariq al-Bishri, in Al-Ahram van 16 februari 2011, hoofd van de raad die de grondwet binnen tien dagen moet herzien. Daarnaast stelde al-Bayumi dat de partij ook interne hervormingen tegemoet kan zien, een opmerking die vooral betrekking had op het statuut van de organisatie die alles behalve democratisch is. Het zou zelfs mogelijk zijn de leider van de beweging (al-murshid al- ‘amm) wordt gekozen (“ alles behoort tot de mogelijkheden”). Tenslotte stelde hij dat de Moslim Broederschap zich zal houden aan alle internationale verdragen, doelend op het vredesverdrag met Israël.

Ook de reactie van de Jama‘at al-Islamiyya op de revolutie is interessant, want velen denken dat zij weer het gewelddadige pad zal kiezen zodra de kans zich voordoet. In 1997 was zij verantwoordelijk voor de bloedige aanslagen in Luxor waarbij 58 toeristen omkwamen. Voor een uitgebreide beschrijving van de beweging zie een hoofdstuk van mij dat gewijd is aan de beweging. Later zwoor ze het geweld af. Bij monde van het ideoloog Najih Ibrahim heeft de JI zich achter de revolutie geschaard.

De beweging van 25 januari en hervormingen
Al-Quds al-Arabi maakt ook melding van de intentie van een groep jongeren om een politieke partij op te richten. Het Egyptische dagblad al-Shuruq, meldt dat de Nationale Vereniging voor Verandering (Jama’iyya al-Wataniyya li-l-Taghyir) , olv Baradei, heeft geëist dat er onmiddellijke een overgangsraad wordt aangesteld bestaande uit vijf neutrale personen, die de verkiezingen moeten voorbereiden. De Vereniging eist: opheffing van de noodtoestand, vermindering van veiligheidstroepen, opheffing van de ordepolitie (al-Aman al-Markazi), ontbinding van gemeenteraden, vrijheid politieke partijen op te richten en vereniging te stichten. De vereniging eist ook de oprichting van een grondwetgevende vergadering in plaats van de raad olv Tariq al-Bishri, die nu binnen tien dagen de meest essentiële artikelen gaat herzien.

0 comments.

De opstanden in de Arabische Pers I

Posted on February 20th, 2011 by martijn.
Categories: De Arabische Pers, Society & Politics in the Middle East.

Voor Closer zal Roel Meijer met enige regelmaat een overzicht geven van de berichtgeving in de Arabische pers over de opstanden in het Midden-Oosten. Dit is deel 1.

Guest Author: Roel Meijer

Moslim Broederschap
De leider van de Moslim Broederschap Muhammad Badi‘ heeft aangekondigd dat de Moslim broederschap geen kandidaat naar voren schuift voor de presidentsverkiezingen. Ze zou ook niet streven naar een meerderheid in het parlement. Hij zei dat de MB “dienaars van het volk zijn” maar tevens waarschuwde hij dat de MB onderdeel van het “weefsel van het volk” is. Hij noemt de revolutie van 25 januari een “gezegende revolutie” (al-thawra al-mubaraka). Twee keer in zijn verklaring riep hij op tot eenheid tussen moslims en christenen.

Isam al-Iryan, prominent lid van het politburo (al-Maktab al-Irshad) verklaarde overigens dat de Moslim Broederschap wel degelijk vanaf het begin heeft deelgenomen aan de revolutie. Bemoedigend is dat het leger geen eigen kandidaten naar voren zal schuiven. Het leger heeft een facebook pagina geopend om beter contact te houden met de “nobele Egyptische broeders”.

Mubarak
Steeds duidelijker wordt de aftakeling van Mubarak. Net zoals de shah aan het einde van het regime aan kanker leed, zo had Mubarak “de relatie met de realiteit verloren”. Maar dit is het lot van alle absolute despoten stelt al-Misri al-Yawm. In Egypte worden ze de “nieuwe mamlukken” genoemd, de heerschappij van slaven die Egypte van 1250 tot de Osmaanse heerschappij hebben overheerst.

Eisen
Tijdens de demonstratie ter nagedachtenis van het aftreden van Mubarak, stelde de organisatie van de 6 april beweging opnieuw haar eisen: vrijlating alle gevangenen, invoering algemene vrijheden, opheffing noodtoestand, solidariteit met stakers en arbeiders. Al-Baradei eiste dat voor de verkiezingen de tijdelijke grondwet vervangen wordt en definitief die van 1971 vervangen wordt door een nieuwe.

Grondwet
Ook Rif’at al-Said, leider van de linkse Tajammu Partij, doet een duitje in het zakje in een interview met al-Sharq al-Awsat. Hij nam deel aan de besprekingen met Mubarak die duurden vanaf 6 februari tot een dag voordat Mubarak aftrad. Hij zegt dat het leger ontevreden was over de aanpassingen van de grondwet die ervoor dienden dat de zoon van Mubarak, Jamal, de macht kon overnemen. Verandering van de grondwet was het belangrijkste onderwerp van gesprek. Hij stelt dat corruptie die altijd heeft bestaan maar onder Mubarak helemaal uit de hand liep een van de hoofdoorzaken is van de opstand. De vervalsing van de verkiezingen eind 2010 gaf de nekslag aan het regime.

Corruptie

Zonder enige twijfel is corruptie een van de thema’s van de revolutie van 25 januari. Een van de eisen van de arbeiders die staken is dat vakbondsleiders en corrupte ondernemers verdwijnen.

Toekomstige president
Interessant is het beeld dat Egyptenaren zouden hebben van hun toekomstige president. Hij zou in dienst van het volk moeten staan, voor beperkte periode een bepaalde program moeten uitvoeren; hij zou “open moeten staan voor de publieke opinie”; hij mag vooral niet corrupt zijn en moet perse “schone handen hebben”. Een van de belangrijkste taken van de nieuwe president is dat hij de corruptie bestrijdt en de ministers van Mubarak vervolgt. Egyptenaren willen ook geen familie om hem heen die zich verrijkt. Transparantie is een andere eis; er mag geen geheimhouding meer zijn.

Het leger
Hoe dubieus deze ‘revolutie’ is blijkt uit de bewondering voor het leger die voor het volk is.

1 comment.