You are looking at posts that were written on March 9th, 2010.
M | T | W | T | F | S | S |
---|---|---|---|---|---|---|
« Feb | Apr » | |||||
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 |
8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 |
15 | 16 | 17 | 18 | 19 | 20 | 21 |
22 | 23 | 24 | 25 | 26 | 27 | 28 |
29 | 30 | 31 |
Posted on March 9th, 2010 by martijn.
Categories: ISIM/RU Research, Religious and Political Radicalization.
Er zijn recent diverse rapporten gepubliceerd over radicalisering, salafisme en jihadisme. Een kort overzicht.
De Nationale Coordinator Terrorismebestrijding (NCTb) heeft vorige week twee nieuwe rapporten gepubliceerd:
Ideologie en strategie van het jihadisme
De jihadistische beweging vormt de motor achter de huidige wereldwijde terroristische golf die wordt uitgevoerd onder het mom van een religieuze gewapende strijd, de ‘jihad’. Deze beweging ontleent voor een groot deel haar kracht aan haar ideologie. Steeds meer groeit het besef dat de strijd tegen het jihadisme niet alleen repressief moet worden gevoerd, in de vorm van een oorlog tegen terrorisme of met behulp van inlichtingenorganisaties en politie, maar juist ook op het ideologische vlak. De kennis over de jihadistische ideologie is echter nog beperkt. Deze studie wil die ideologie, de daarvan afgeleide strategie en de wijze van (re)productie en verspreiding inzichtelijk maken om zo beter in staat te zijn het jihadistisch terrorisme te bestrijden.
Jihadistisch terrorisme in Nederland
Rapport van het WODC (Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het Ministerie van Justitie op basis van opsporingsonderzoeken rond jihadistrisch terrorisme in de periode 2001-2005. Het doel van dit rapport is niet het verschijnsel jihadistisch terrorisme te verklaren. Het belangrijkste doel van dit onderzoek is te beschrijven hoe dit verschijnsel zich tussen 2001 en 2005 in Nederland heeft gemanifesteerd, door concrete zaken die de politie in deze periode heeft onderzocht, te analyseren. Hiertoe zijn twaalf opsporingsonderzoeken naar ihadistische activiteiten uit deze onderzoeksperiode systematisch geanalyseerd.
Bij deze rapporten hoort ook een brief voor de kamer (Salafisme in Nederland) en een toelichting (Toelichting op onderzoeksrapporten over het jihadisme).
Daarnaast heeft het WODC een literatuurstudie gespresenteerd geschreven door Alfons Fermin van het RISBO (Erasmus Universiteit)
Islamitische en extreem-rechtse radicalisering in Nederland; een vergelijkend literatuuronderzoek
In dit rapport worden de resultaten gepresenteerd van een studie naar de onderzoeksliteratuur over islamitische en extreem-rechtse radicalisering in Nederland. Deze twee vormen van radicalisering worden door de overheid momenteel als het meest bedreigend beschouwd. Het doel van de studie is een vergelijkend overzicht te bieden van de belangrijkste inzichten uit de literatuur over beide vormen van radicalisering, en op basis hiervan zowel aanknopingspunten te bieden voor te voeren beleid op dit terrein als aan te geven hoe niet of onvolledig beantwoorde onderzoeksvragen kunnen worden beantwoord in vervolgonderzoek.
De radicale islam manifesteert zich in Nederland vooral in de vorm van het salafisme. Extreem-rechts is daarentegen verdeeld, waarbij de meest scherpe scheidslijnen lopen tussen de rechts-extremistische of neonazistische formaties enerzijds en de meer gematigde formaties anderzijds. De ideologieën van extreem-rechts en van het salafisme zijn uiteraard totaal verschillend, maar op een hoger abstractieniveau zijn er overeenkomsten wat betreft de radicale elementen, zoals superioriteitsgevoelens en wantrouwen tegenover de overheid. In hun inhoudelijke kritiek zijn beide op te vatten als tegenbewegingen, die zich afzetten tegen het in Nederland breed gedragen progressieve, tolerante gedachtegoed. Beide bewegingen vormen geen eenheid, maar zijn verdeeld in stromingen. De meest radicale vormen betreffen neonazistische en jihadistisch-salafistische stromingen. Deze kenmerken zich beide doordat ze gewelddadige actie legitiem achten om hun doelen te realiseren.
Wat betreft organisatievormen verschillen de relatief gematigde vormen van beide bewegingen wezenlijk: het (a)politieke salafisme via een religieuze infrastructuur en de typische relatief gematigde extreem-rechtse formaties zijn politieke partijen. De radicale formaties van beide bewegingen – jihadistisch-salafistische en rechts-extremistische – vertonen meer overeenkomsten, doordat het formaties met een lage organisatiegraad zijn, vaak besloten en veelal met niet-geformaliseerd leiderschap.
Internet speelt een grote rol in beide bewegingen. Er is echter een duidelijk verschil in bereik: de salafistische websites trekken een breder publiek dan de extreem-rechtse webfora. Activiteiten en extreme gedragingen van beide bewegingen verschillen in sterke mate.
De kenmerken van degenen die worden aangetrokken door beide bewegingen, en vooral door de meer radicale stromingen, vertonen veel overeenkomsten: vooral jongeren zijn actief in de meer radicale netwerken, met een oververtegenwoordiging van jongens bij extreem-rechts. Opvallend is verder dat vooral Marokkaans-Nederlandse jongeren goed vertegenwoordigd zijn binnen het salafisme. Het salafisme is een religie en in deze zin is ze meer ingebed in de samenleving – door een religieuze infrastructuur – dan extreem-rechts. Extreem-rechts heeft wel banden met de bepaalde subculturen.
Het literatuuronderzoek is op vele kennislacunes gestuit. Met name de kennis van de extremistische formaties binnen beide bewegingen en van processen van radicalisering is beperkt. Ter opvulling van de kennislacunes wordt een zestal onderzoekslijnen uitgewerkt. Het betreft vervolgonderzoek naar actuele ontwikkelingen en grensgevallen, de relatie tussen levensfasen en radicalisering, de rol van ouders als opvoeders, de samenhang van radicalisering met andere jongerenproblemen, de rol van internet bij radicalisering, en een aantal vormen van vergelijkend onderzoek.
En last but not least nog een rapport van het ACB geschreven door Ewoud Butter en Lisa Arts:
Rapport Radicaal, orthodox, extremist gepubliceerd
Het rapport is opgesteld voor mensen die zich willen verdiepen in de achtergronden van radicalisering, extremisme en, in iets mindere mate, polarisatie. Het is bedoeld voor bestuurders, professionals, vrijwilligers en andere burgers die willen voorkomen dat jongeren zodanig radicaliseren dat ze tot extremistische daden in staat zijn of die ongewenste vormen van polarisatie willen voorkomen. Daarbij valt te denken aan mensen die werkzaam zijn bij de lokale overheid, bij onderwijs- en welzijnsinstellingen, bij vrijwilligersorganisaties en moskeeorganisaties en bij (lokale) media.
Het rapport is het verslag van een verkennend onderzoek van ACB Kenniscentrum naar radicalisering en in mindere mate polarisatie. Vanuit de deskundigheid en de betrokkenheid van ACB bij islamitische bevolkingsgroepen, ligt het accent in deze notitie op islamitische vormen van radicalisering, maar er is ook aandacht voor extreemrechts.
Er wordt in dit rapport gekeken naar het landelijke en lokale beleid, in het bijzonder naar de activiteiten die in het kader van preventie van radicalisering en polarisatie al plaatsvinden. Ook is er aandacht voor de rol van het internet, wordt gekeken naar ervaringen in het buitenland, naar activiteiten van moskeeën en moskeeorganisaties en naar de praktijk in het onderwijs en het welzijnswerk. Als Noordhollandse instelling heeft ACB Kenniscentrum hierbij bijzondere aandacht voor de provincie Noord-Holland. Het rapport is hier te downloaden.
Ik moet toch nodig eens de begrippen radicalisering, jihadisme en vooral salafisme hier onder de loep gaan nemen. Ik hoop dat ik er binnenkort aan toe kom.